Studenten van de Hogeschool van Amsterdam krijgen door een afwijking in het Studenten Informatie Systeem (SIS) soms geen tien toegewezen terwijl ze daar wel recht op hebben.
Docenten weten het cijfer in het nieuwe systeem niet te vinden en voeren daarom een 9.9 in. Studenten krijgen het tiende punt dat van het cijfer wordt afgesnoept niet gecompenseerd. Omdat al verwacht werd dat het probleem zich zou gaan voordoen, gaf de hogeschool eerder dit jaar speciale SIS-trainingen.
Els Spreij, verantwoordelijk voor het beheer van het systeem, erkent dat het computersysteem op dit punt ingewikkeld in elkaar zit. ‘Maar veel klachten heb ik hierover nog niet ontvangen. Onze prioriteit ligt voor de HvA momenteel op andere vlakken. Diploma’s konden nog niet door het systeem worden uitgedraaid en ook het doorboeken, een cijfer definitief bevestigen, ging nog te langzaam. Dat gaan we eerst oplossen.’ Volgens Spreij kunnen cijfers die fout zijn ingevoerd gewoon worden hersteld.
Ook Pieter Rotteveel, implementatiemanager van SIS binnen het Domein Maatschappij en Recht, geeft toe dat het systeem wat invoer betreft onduidelijk is, maar voegt eraan toe dat docenten er wel degelijk op zijn gewezen. ‘In de trainingen hebben we er uitgebreid bij stilgestaan, veel docenten wisten het cijfer namelijk niet te vinden. SIS is een Amerikaans systeem en oorspronkelijk gebaseerd op de Amerikaanse grades. Er wordt alfanumeriek geteld, daardoor is de tien tussen de 1 en de 2 te vinden. Het loopt op namelijk : 1.8, 1.9, 10.’
SIS is aan het begin van dit studiejaar in gebruik genomen. Met het systeem wordt het complete studietraject van studenten in één systeem bijgehouden. Docenten zijn sinds oktober verplicht alle studieresultaten zelf in te voeren in het systeem, daarvoor werd er in veel gevallen nog gewerkt met massa’s papiertjes en formulieren. De speciale SIS-trainingen werden vanaf september georganiseerd.
In 2009 is de HvA gestart met SIS-Inschrijf, in 2010 is het systeem aangesloten op de landelijke aanmeldsite Studielink. Het megaproject heeft ruim 14 miljoen euro gekost, ongeveer tweemaal zo veel als oorspronkelijk beraamd. Extra onderdelen en vertragingen vanwege complexiteit leidden tot hogere kosten.
Docenten weten het cijfer in het nieuwe systeem niet te vinden en voeren daarom een 9.9 in. Studenten krijgen het tiende punt dat van het cijfer wordt afgesnoept niet gecompenseerd. Omdat al verwacht werd dat het probleem zich zou gaan voordoen, gaf de hogeschool eerder dit jaar speciale SIS-trainingen.
Els Spreij, verantwoordelijk voor het beheer van het systeem, erkent dat het computersysteem op dit punt ingewikkeld in elkaar zit. ‘Maar veel klachten heb ik hierover nog niet ontvangen. Onze prioriteit ligt voor de HvA momenteel op andere vlakken. Diploma’s konden nog niet door het systeem worden uitgedraaid en ook het doorboeken, een cijfer definitief bevestigen, ging nog te langzaam. Dat gaan we eerst oplossen.’ Volgens Spreij kunnen cijfers die fout zijn ingevoerd gewoon worden hersteld.
Ook Pieter Rotteveel, implementatiemanager van SIS binnen het Domein Maatschappij en Recht, geeft toe dat het systeem wat invoer betreft onduidelijk is, maar voegt eraan toe dat docenten er wel degelijk op zijn gewezen. ‘In de trainingen hebben we er uitgebreid bij stilgestaan, veel docenten wisten het cijfer namelijk niet te vinden. SIS is een Amerikaans systeem en oorspronkelijk gebaseerd op de Amerikaanse grades. Er wordt alfanumeriek geteld, daardoor is de tien tussen de 1 en de 2 te vinden. Het loopt op namelijk : 1.8, 1.9, 10.’
SIS is aan het begin van dit studiejaar in gebruik genomen. Met het systeem wordt het complete studietraject van studenten in één systeem bijgehouden. Docenten zijn sinds oktober verplicht alle studieresultaten zelf in te voeren in het systeem, daarvoor werd er in veel gevallen nog gewerkt met massa’s papiertjes en formulieren. De speciale SIS-trainingen werden vanaf september georganiseerd.
In 2009 is de HvA gestart met SIS-Inschrijf, in 2010 is het systeem aangesloten op de landelijke aanmeldsite Studielink. Het megaproject heeft ruim 14 miljoen euro gekost, ongeveer tweemaal zo veel als oorspronkelijk beraamd. Extra onderdelen en vertragingen vanwege complexiteit leidden tot hogere kosten.
