Allard Pierson gaat ‘structureel en intensief’ op zoek naar herkomst dubieuze objecten
Het Allard Pierson, dat het erfgoed van de UvA beheert, gaat nog voor de heropening informatie plaatsen over de herkomst van objecten. Bovendien wordt er haast gezet achter een groot onderzoek naar die herkomst. Dit weekend verscheen in NRC een artikel over de dubieuze herkomst van een Griekse drinkvaas die het Allard Pierson heeft.
Afgelopen weekend kwam NRC Handelsblad opnieuw met het verhaal over een illegaal opgegraven Griekse drinkvaas, die zich sinds 2003 in de collectie van het Allard Pierson bevindt. Directeur Wim Hupperetz liet in de krant weten ‘binnenkort het complete verhaal van de vaas te zullen vertellen’.
Voor de goede orde: het gaat om een drinkvaas die het AP verwierf in 2003, met daarop een afbeelding van de Trojaanse held Aeneas. Al meer dan tien jaar geleden meldde NRC Handelsblad ook al dat er objecten met een dubieuze en/of illegale herkomst in de collectie zaten. Toen ging het volgens de krant om ‘zeker vijftien objecten’ uit verwervingen sinds 1970.
Intern
Conservator Geralda Jurriaans, – ‘ik ken driekwart van de inventarisnummers van het museum uit mijn hoofd en ik weet welke objecten een dubieuze herkomst hebben’ – vindt de hele zaak nogal overtrokken ‘en een herhaling van zetten sinds het eerdere artikel in NRC’. Probleem is volgens haar niet zo zeer dat er niets gedaan is aan het herkomstonderzoek, maar aan de communicatie daaromheen.
‘Een jaar of tien geleden heb ik een rapport gemaakt over de archeologische herkomst van objecten. Er staan daarin ook veel namen van verzamelaars en mensen die betrokken waren bij de verwerving. Die willen zelf niet genoemd worden, dus dan blijft zo’n rapport intern. Nu staat er weer een artikel in de krant en is er paniek, terwijl het maar om een paar objecten gaat waarvan de herkomst dubieus is. Laten we zeggen; die zouden we met de kennis van nu niet meer aankopen.’
Of de transparantie rond de herkomst er nu wel komt en het rapport van Jurriaans openbaar wordt is te bezien, maar aan de openbaarheid rond de herkomst zal volgens het AP wel worden gewerkt. AP-directeur Wim Hupperetz noemt het rapport van Jurriaans ‘waarschijnlijk niet compleet’ . ‘Het is wel een mooi startpunt voor een breder ingezet internationaal onderzoek.’
Prioriteit
Volgens woordvoerder Inge Scheijde van het AP is het ‘moeilijk vast te stellen’ om hoeveel objecten met dubieuze herkomst het gaat. Wel zegt ze dat er nu ‘prioriteit wordt gegeven’ aan transparantie rond de verwervingsgeschiedenis van de objecten. ‘Daar zijn we nu al druk mee bezig. We zullen er voor zorgen dat zodra het museum weer open gaat, er bij de objecten informatie beschikbaar is over de herkomst ervan’.
Daarnaast, zegt Scheijde, gaat er u ‘veel haast’ worden gezet achter het opstarten van een projectgroep die ‘structureel en intensief’ onderzoek zal gaan verrichten naar de herkomst van de objecten. ‘Misschien nog goed om te zeggen dat de auteur van het artikel in NRC bij ons is geweest met het voorstel om dat onderzoek tegen betaling voor ons te verrichten, maar daar gaan we niet op in. We laten dit onderzoek verrichten door onze eigen conservatoren.’
Dit bericht is op 28 januari om 13.40 uur aangevuld met een korte reactie van Wim Hupperetz.
De auteur van het NRC-artikel laat op 29 januari om 14.30 uur weten dat het hier ging om een 'ironische suggestie'. 'Ik bedoelde hiermee te zeggen dat men mij bij wijze van spreken zou kunnen inhuren voor dat onderzoek, want ik vermoed dat conservatoren zullen zeggen dat ze het te druk hebben om zo'n onderzoek te verrichten.'
