Advocaten proctoringrechtszaak verzoeken Hof om snel arrest te wijzen
De advocaten van de studenten die een proctoringrechtszaak tegen de UvA zijn begonnen, hebben het Gerechtshof verzocht om snel arrest te wijzen. Vorig jaar gingen studenten in hoger beroep nadat de rechter bepaalde dat gebruik van surveillancesoftware was toegestaan. ‘Ik ben bang dat straks een deel van de relevantie van de zaak wegvalt.’
Vorig jaar juni startten de Centrale Studentenraad (CSR) en de faculteitsraad van Economie & Bedrijfskunde een kort geding met de hoop dat de rechter de surveillancesoftware zou verbieden. Tegen proctoring bestaan veel privacybezwaren. De studenten wilden onder andere dat de rechter het gebruik van proctoring op de UvA zou verbieden zolang de medezeggenschap er geen toestemming voor had gegeven. De rechter vond echter dat de UvA met de proctoringsoftwareEen proctoringprogramma ‘surveilleert’ via de webcam en microfoon terwijl de student op de computer een tentamen maakt. Proctorio, het programma dat de UvA gebruikt, detecteert bijvoorbeeld rondslingerende boeken, mensen in je kamer en toetsaanslagen. Dat doet het om fraude te voorkomen. voldeed aan alle regels en beginselen van de Algemene verordening gegevensbescherming, en gaf studenten ongelijk. In juli gingen de studenten in hoger beroep.
In november kreeg de CSR te horen dat geen stukken meer ingestuurd konden worden naar het Hof, zegt de huidige CSR-voorzitter Nina Hol. In maart zou het Gerechtshof een besluit nemen. ‘Toen waren we eigenlijk al een beetje ontevreden. Maar sindsdien is de datum elke keer met twee tot vier weken verlengd. Inmiddels verheug ik me niet meer als we een nieuwe datum horen.’
Het voortdurende uitstel is opmerkelijk gezien de inhoud van de zaak: proctoring wordt veelvuldig ingezet tijdens de coronacrisis, en studenten hadden aanvankelijk gehoopt dat een kort geding ervoor zou zorgen dat gebruik ervan snel zou worden heroverwogen. Betrokken studenten noemen het herhaaldelijke uitstel in het hoger beroep ‘superteleurstellend’. Wilco Brussee, een van de twee advocaten van de studenten, heeft inmiddels een brief verstuurd naar het Hof met het verzoek om snel arrest te wijzen. De hoop is dat daardoor 8 juni duidelijkheid komt.
Achterstanden bij het Hof
Het Gerechtshof doet zelf geen uitspraken over uitstel van specifieke zaken en is hier ook niet toe verplicht. Wel zegt het Hof bezig te zijn met de zaak – ‘een nauwkeurige procedure’. De precieze reden van de vertraging is dus onduidelijk. De hogerberoepszaak van de studenten is geheel ‘op papier’ gevoerd, dus er hoeven geen zittingen te worden georganiseerd waardoor vertraging kan ontstaan. In het algemeen stelt het Hof dat zaken kunnen worden uitgesteld door bijvoorbeeld ziekte, werkdruk, complexiteit of een wrakingsincident. Overigens moeten partijen in 8 procent van de rechtszaken te lang wachten op een besluit, schreef dagblad Trouw deze week. In hogerberoepszaken ligt dat percentage nog een stuk hoger: op 30 procent. Die achterstanden zijn verder opgelopen door de coronacrisis.
Intussen zijn gesprekken over proctoring tussen de CSR en de universiteit nog in volle gang, zegt Hol. ‘Wij hebben natuurlijk een mening over het al dan niet inzetten van proctoring als studenten weer naar de campus kunnen. En we praten over het precieze gebruik van proctoring: wanneer gedraagt iemand zich verdacht genoeg om als fraudeur te kunnen worden aangemerkt?’ Ze hoopt dat het arrest nog voor de zomer wordt gewezen. ‘Met de brief van onze advocaten hopen we ons belang nogmaals duidelijk te maken. Ik hoop echt op helderheid, ook als proctoring uiteindelijk niet wordt verboden. Dat weten we welke gesprekken wij moeten voeren.’
