Amsterdam staat er goed voor en komt relatief sterk door de crisis, zo blijkt uit gemeentecijfers. Jeroen Slot, hoofd van bureau onderzoek en statistiek van de gemeente Amsterdam, presenteerde gisteren in een uitverkochte Stadsschouwburg tijdens 'De staat van de stad' het gelijknamige tweejaarlijkse rapport. Hierin worden de economische, sociale en culturele toestand van de stad en haar inwoners onder de loep genomen. Naast Slot waren Patrick Janssens, voormalig burgemeester van Antwerpen, en vele prominente hoogleraren aanwezig om te reflecteren op de cijfers.
Het gaat dus goed. De economie heeft tijdens de crisis weliswaar een krimp doorgemaakt, maar deze was kleiner dan in de rest van het land en Europa. Ondernemerschap viert hoogtij, de werkgelegenheid is gegroeid en Amsterdammers voelen zich veiliger. Als risico's worden evenwel de woningmarkt, groeiende verschillen en het ontstaan van nieuwe kwetsbare groepen genoemd.
Scheefwoners
Dat de woningmarkt, die totaal op slot zit, flink moet worden veranderd beaamt Barbara Baarsma, directeur van Stichting Economisch Onderzoek en bijzonder hoogleraar marktwerking- en mededingingseconomie aan de UvA. Zij pleit voor een lager aandeel sociale huurwoningen in de stad. 'In Amsterdam is 60 procent van de bestaande woningvoorraad sociale huur. 24 procent daarvan wordt bewoond door scheefwoners, mensen met een inkomen hoger dan de grens voor sociale woningbouw. Als je deze mensen wegjaagt zorg je echter juíst voor tweedeling in de stad: er is namelijk een enorm tekort aan huurwoningen voor middeninkomens, waardoor de doorstroming wordt belemmerd. Landelijk zou de hypotheekrenteaftrek eindelijk moeten worden afgeschaft en de inkomensbelasting moeten worden verlaagd.'
Hoogleraar financiële geografie Ewald Engelen, bekend om zijn ongezouten uitspraken, erkende dat de stad er prachtig bij ligt. Maar ook hij maakte zich zorgen: 'Door speculatie ligt de stad er zo blinkend bij. We hebben eindeloos grond uitgegeven aan allerlei quasi-corrupte, dikbetaalde vastgoedmannetjes en daar dik aan verdiend. Maar in plaats van te leren van de ellende die hier het gevolg van is rennen we verder de afgrond in. Er moet aan zelfreflectie gedaan worden en bedacht worden hoe de enorme schuldenlast die het gevolg is van de crisis wordt afgebouwd.'