Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Vicevoorzitter Paul Doop verlaat UvA-HvA
actueel

Vicevoorzitter Paul Doop verlaat UvA-HvA

Dirk Wolthekker Dirk Wolthekker,
28 August 2013 - 12:03
Vicevoorzitter van het college van bestuur (CvB) van UvA en HvA Paul Doop verlaat de organisatie in november. Hij wordt per 1 januari 2014 lid van de Raad van Bestuur van het Medisch Centrum Haaglanden (MCH) en in de loop van 2014 voorzitter van de Raad van Bestuur van de gefuseerde ziekenhuizen MCH en Bronovo in Den Haag/Leidschendam. Doop werkte sinds oktober 2006 bij UvA-HvA.

‘Het is ontzettend jammer dat Paul ons verlaat, maar we gunnen het hem – en de Haagse ziekenhuizen – van harte’, aldus collegevoorzitter Louise Gunning in een eerste reactie. ‘Paul heeft veel jaren aan de UvA en de HvA gegeven, keihard gewerkt en veel bereikt. Wij hebben ontzettend veel aan hem te danken. Paul heeft ervoor gezorgd dat de UvA en de HvA organisatorisch en financieel geprofessionaliseerd en gemoderniseerd zijn’, zegt Gunning. ‘Dat is zíjn verdienste. Hij heeft op dat punt echt een grote slag gemaakt.’ Als vicevoorzitter van het CvB was Doop, prominent lid van het CDA, verantwoordelijk voor financiën en huisvesting. Onder zijn leiding werd een groot (her)huisvestingsprogramma in gang gezet, onder meer de verbouwingen op het Roeterseiland en de realisering van de nieuwe bètafaculteit op Science Park.

Ook rector magnificus Dymph van den Boom werkte de afgelopen jaren met Doop samen en ziet hem node gaan. ‘Wij zullen Paul zeer missen. Hij heeft enorm bijgedragen aan de interne organisatie van de UvA en de HvA. Hij was bijvoorbeeld verantwoordelijk voor de integratie van de diensten, zoals gebouwbeheer en administratie. Dat zal van pas komen bij de aanstaande fusie van het MCH en het Bronovo Ziekenhuis.’





Vertrekkend voorzitter van de centrale studentenraad van de UvA Lucie Gooskens zegt ‘hele fijne bestuurlijke ervaringen’ te hebben met Doop. ‘Zijn agenda was altijd erg vol, dus het was soms lastig een afspraak te krijgen, maar hij was heel prettig om mee samen te werken. Wat ik bijzonder vond aan hem is dat hij zijn medewerkers heel erg vertrouwt. Die konden we eigenlijk zonder tussenkomst van hem altijd te spreken krijgen. Dat zie je weleens anders aan de UvA. En als er iets misging, zoals de invoering van het nieuwe studenteninformatiesysteem (SIS), was hij niet te beroerd om direct een evaluatiecommissie op te zetten om te kijken hoe het zo mis kon gaan.’

Radboud Winkels, voorzitter van de centrale ondernemingsraad van de UvA, spreekt van ‘een heel aimabele man’ die vertrekt. ‘Ik vond hem steeds heel open en direct, zonder wollig taalgebruik. Als hij een antwoord wist op je vraag dan gaf hij het, als hij geen antwoord had zei hij gewoon geen antwoord te hebben. Dat komt heel transparant over. Bovendien wist hij waar hij over sprak. Ik denk dat UvA en HvA er op zijn specifieke terrein duidelijk beter voorstaan dan hoe hij de instellingen aantrof toen hij in 2006 begon. Een opvolger? Tja, dat zou ik zo snel niet weten. Misschien weer iemand van het CDA? Dat is misschien ook wel goed in het kader van de samenwerking met de VU.’

Sebas Veeke, voorzitter van de centrale medezeggenschapsraad van de HvA, zegt het ‘jammer’ te vinden dat Doop vertrekt. ‘Al had ik het wel verwacht, want volgend jaar loopt zijn tweede termijn af en bestuurders maken zo’n tweede termijn bijna nooit vol.’ Veeke zegt altijd goed zaken met Doop te hebben kunnen doen. ‘Dat komt vooral door zijn open en transparante manier van communiceren: to the point en zakelijk. Je wist waar je aan toe was. Je kreeg niet altijd “ja” op een vraag, maar daar was hij dan ook wel duidelijk over.’ Aan de andere kant zegt Veeke, zette Doop ook vaak dingen door tegen beter weten in, totdat hij echt niet anders meer kon en wel actie moest ondernemen. ‘Neem het SIS of de bibliotheek op het BG-terrein: het SIS werd doorgezet ondanks de bezwaren en mislukte.  Op het BG-terrein wordt nu toch gerenoveerd, maar het duurde erg lang voordat Doop tot dit inzicht kwam. Op persoonlijk en bestuurlijk vlak kon ik het goed met hem vinden, maar ik vond zijn inhoudelijke keuzes soms moeilijk te volgen.’ Wie Doop dadelijk op moet volgen, daarover is Veeke heel resoluut. ‘Gezien de samenwerkingsplannen van de UvA met de VU vrees ik dat men een VU-achtige kandidaat gaat zoeken, iemand die gepromoveerd is op een of ander random onderwerp en erg universitair gericht is. Dat moet absoluut niet. We moeten een pragmatisch en praktisch ingestelde bestuurder hebben, net als Doop. Die was eigenlijk HvA'er binnen het CvB.’

 

website loading