Aan de Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) is dit collegejaar het negatief bindend studieadvies (BSA) ingevoerd. Gunnar de Haan, de nieuwe voorzitter van de facultaire studentenraad (fsr), zit op het vinkentouw. ‘We merken dat veel studenten nog onvoldoende op de hoogte zijn van de consequenties van het BSA.’
Het is het belangrijkste onderwerp dat de facultaire studentenraad dit collegejaar zal bezighouden: de invoering van het BSA, dat wil zeggen: een bijzondere variant op het BSA, want in tegenstelling tot andere faculteiten heeft de docent of tutor een belangrijke rol bij het beoordelen van de student: een student is meer dan alleen maar een (slecht) cijfer. De Haan: ‘Bij ons gaat het om meer dan het cijfer alleen. Het gaat ook om de student achter het cijfer. Is dat slecht, dan hoeft een student niet per se direct te worden weggestuurd als blijkt dat er goede redenen zijn voor het slechte cijfer.’
Ondanks de vele aandacht die de invoering van het BSA heeft gehad binnen en buiten de faculteit weten FGw-studenten volgens De Haan (27, research master geschiedenis en lid van Mei) nog onvoldoende van de hoed en de rand. ‘Daarom starten we binnenkort met een digitaal meldpunt BSA. Daar kunnen studenten terecht met vragen en opmerkingen over het curriculum, de tentamens en de studiebegeleiding. Daarnaast gaan we naar colleges om studenten op de hoogte te brengen en willen we zoveel mogelijk studenten naar onze raadkamer krijgen om ze zo goed mogelijk te kunnen informeren.’ Naar verwachting zijn de eerste studieresultaten in januari bekend; dan zullen eerstejaars ook hun eerste voorlopige advies krijgen over de voortgang van hun studie.
Gezien de discussies die er de afgelopen jaren zijn geweest over het verdwijnen van opleidingen is er nu een aparte sectie opgericht binnen de fsr om dit onderwerp in de gaten te houden. De Haan: ‘Wij gaan er scherp op toezien dat er geen studies meer verdwijnen. Ik heb liever dat er een opleiding bij komt dan dat er weer een verdwijnt. We gaan dit monitoren door zo goed mogelijk contact te houden met de opleidingscommissies want er mogen geen opleidingen meer verdwijnen. Als het nodig is gaan we actie voeren.’
Dit laatste is De Haan vermoedelijk wel toevertrouwd: hij is de zoon van de roemruchte politicologie-docent gespecialiseerd in marxistische economie Werner de Haan, inmiddels met pensioen. Deze was naast lievelingsdocent van talrijke studenten als actievoerder de schrik van vele UvA-bestuurders. ‘Ik weet wat actie voeren is,’ zegt zijn zoon nu.
Het is het belangrijkste onderwerp dat de facultaire studentenraad dit collegejaar zal bezighouden: de invoering van het BSA, dat wil zeggen: een bijzondere variant op het BSA, want in tegenstelling tot andere faculteiten heeft de docent of tutor een belangrijke rol bij het beoordelen van de student: een student is meer dan alleen maar een (slecht) cijfer. De Haan: ‘Bij ons gaat het om meer dan het cijfer alleen. Het gaat ook om de student achter het cijfer. Is dat slecht, dan hoeft een student niet per se direct te worden weggestuurd als blijkt dat er goede redenen zijn voor het slechte cijfer.’
Ondanks de vele aandacht die de invoering van het BSA heeft gehad binnen en buiten de faculteit weten FGw-studenten volgens De Haan (27, research master geschiedenis en lid van Mei) nog onvoldoende van de hoed en de rand. ‘Daarom starten we binnenkort met een digitaal meldpunt BSA. Daar kunnen studenten terecht met vragen en opmerkingen over het curriculum, de tentamens en de studiebegeleiding. Daarnaast gaan we naar colleges om studenten op de hoogte te brengen en willen we zoveel mogelijk studenten naar onze raadkamer krijgen om ze zo goed mogelijk te kunnen informeren.’ Naar verwachting zijn de eerste studieresultaten in januari bekend; dan zullen eerstejaars ook hun eerste voorlopige advies krijgen over de voortgang van hun studie.
Gezien de discussies die er de afgelopen jaren zijn geweest over het verdwijnen van opleidingen is er nu een aparte sectie opgericht binnen de fsr om dit onderwerp in de gaten te houden. De Haan: ‘Wij gaan er scherp op toezien dat er geen studies meer verdwijnen. Ik heb liever dat er een opleiding bij komt dan dat er weer een verdwijnt. We gaan dit monitoren door zo goed mogelijk contact te houden met de opleidingscommissies want er mogen geen opleidingen meer verdwijnen. Als het nodig is gaan we actie voeren.’
Dit laatste is De Haan vermoedelijk wel toevertrouwd: hij is de zoon van de roemruchte politicologie-docent gespecialiseerd in marxistische economie Werner de Haan, inmiddels met pensioen. Deze was naast lievelingsdocent van talrijke studenten als actievoerder de schrik van vele UvA-bestuurders. ‘Ik weet wat actie voeren is,’ zegt zijn zoon nu.
