Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
actueel

Haagse pizzapraat over hoger onderwijs

Milou van der Will Milou van der Will,
12 November 2011 - 13:12
‘Er heerst een soort nonchalance vanuit het onderwijssysteem naar de student.’ Dat concludeert PvdA-Kamerlid Tanja Jadnanansing uit de door haar georganiseerde 'pizzasessie' met studenten donderdagavond. Als woordvoerder hoger onderwijs praat Jadnanansing zes maanden lang wekelijks onder het genot van een pizza met studenten over hoger onderwijs. In november staat het hbo centraal.

De pizzasessie heeft iets weg van een georganiseerde chaos, geeft ze direct toe. Wiebelend met een knie op een stoel ('Sorry, ik ben een beetje ADHD'), dan weer staand en daarna toch maar even zittend, praat ze met de studenten. En wanneer aan het begin van de sessie een harde bel klinkt, vliegt ze de deur uit. ‘Even stemmen! Zo weer terug.’

Als ze terug is, zijn de pizza’s koud of opgegeten, maar is het gesprek wel goed op gang. De conclusie over nonchalance trekt Jadnanansing dan ook niet zomaar, hogescholen verzuimen het beste uit hun studenten te halen. De tien jongeren voelen zich vrij om hun hart bij haar te luchten. Want nee, de meeste studenten zijn niet tevreden over de gang van zaken in het hbo. En ja, ze hebben wel degelijk een idee over hoe het beter kan.

Matching
Zo kaart Janna Groot de nieuwste ontwikkelingen in Utrecht aan, waar sinds kort op de hogeschool matchinggesprekken met eerstejaars studenten worden gevoerd. Adviseurs zouden niet zijn opgeleid voor de gesprekken, die pas op het laatste moment worden gevoerd, en als het advies luidt ‘deze studie is niets voor jou’, wordt geen alternatief geboden. ‘Niet bepaald motiverend voor een 17-jarige.’

Jadnanansing kent de gesprekken. ‘Op elke hogeschool doen ze het anders,’ weet ze. ‘Sommige doen het klassikaal, andere voeren een half sollicitatiegesprek. Cijfers van eerste resultaten druppelen nu binnen. Je merkt dat studenten op hogescholen die echt inspanning leveren, gemotiveerder aan de slag gaan.’

Projectmatig werken
Tiemen Ruit van de Hogeschool Rotterdam kaart een gedeelde ergernis aan. ‘Dat constant projectmatig werken!’ roept hij. ‘Het motiveert studenten totaal niet om de materie in te duiken. We moeten te vaak en te veel samenwerken, waardoor er altijd mensen zijn die meeliften en zo het niveau omlaag trekken. We zijn bovendien bijna niet meer gewend om tentamens te maken.’ Hij denkt even na. ‘Het laatste tentamen werd gehaald door mij en een andere student, de rest moet herkansen.’

Iedereen knikt. ‘Laat studenten eens zien wat ze zelf kunnen, niet wat ze met z’n vieren kunnen,’ klinkt er. ‘Het wordt je lastig gemaakt om het beste uit je studie te halen,’ gooit Jorieke Kammeraat, ook uit Rotterdam, in de groep. ‘Ik wil naar het buitenland, nou, dát is een gedoe! Ik moet overal zelf achteraan. Als ik het vertel, reageren ze haast verbaasd.’

Systeem
Gersom Krijnen van de Hogeschool van Amsterdam voegt toe: ‘Studievertraging oplopen gaat makkelijk, maar inlopen is moeilijk. Het eerste jaar is erg makkelijk, dat zou je best sneller kunnen doen. Maar als je dat probeert zegt het systeem: nee, mag niet.’ Jadnanansing: ‘Zo alles bij elkaar lijkt het inderdaad dat het systeem de student tegenwerkt.’  En dat moet ophouden, vindt het PvdA-Kamerlid. ‘Voor studenten die verder willen wordt die stip aan de horizon onvoldoende geboden.’

Vrijdagochtend neemt ze een moment om de belangrijkste punten uit de pizzasessie te noteren. In december komt de grote evaluatie. Dan gaat ze harde conclusies trekken. ‘Maar jongens,’ roept ze ter afsluiting, ‘hou mij ook bij de les! Mail me vooral. Of we kunnen vrienden worden op Facebook. Je kunt me niet vergeten, ik ben dat Kamerlid met de moeilijkste achternaam.’
website loading