De nieuwe bachelor Talen en culturen van Zuidoost Europa, die momenteel aan de Faculteit der Geesteswetenschappen wordt ontwikkeld, is ontstaan vanuit de ‘uitdrukkelijke wens’ de kleine talen in stand te houden, zegt decaan Frank van Vree. Die kleine talen maken dan ook een integraal onderdeel uit van de nieuwe bachelor, die zal bestaan uit een optelsom van de talen Nieuwgrieks, Servisch/Kroatisch, Roemeens en Turks, inclusief de bijbehorende culturen.
Van Vree zegt in een reactie op eerdere berichtgeving dat hij het taalonderwijs in te bedden in een bredere historische en culturele context. Van Vree: ‘Dat is een beweging die meer talenprogramma’s maken en de komende jaren zullen moeten maken: een verbreding in de richting van cultuur, geschiedenis en politieke ontwikkelingen en een minder exclusieve oriëntatie op met name literatuur.’
Robuuster
Deze ‘accentverschuiving’ biedt mogelijkheden de taalprogramma’s – meer dan tot nu toe – te verweven. ‘Niet alleen met elkaar, maar ook met cursussen uit de programma’s van bijvoorbeeld geschiedenis, Europese studies en mediastudies. We mobiliseren veel meer kennis die in de faculteit aanwezig is, blijkend uit het grote aantal mensen dat zich in hun onderzoek met de landen en culturen in deze regio bezighouden.’
De talen en culturen uit de regio delen volgens Van Vree veel met elkaar – waaronder een lange gemeenschappelijke geschiedenis – en door een samenvoeging kunnen er meer onderzoekers en docenten bij de opleiding worden betrokken en kunnen de soms hele kleine werkgroepjes ‘wat robuuster’ worden. De bestaande bacheloropleidingen en -trajecten zullen in de nieuwe bachelor worden ondergebracht. De onderdelen taalverwerving zullen daarbij hun huidige omvang min of meer behouden.
Unica
De faculteit werkt momenteel aan een aanvraag tot accreditatie van de nieuwe bachelor. ‘De kans dat deze aanvraag wordt gehonoreerd, achten we groot, gelet op de uitspraak van de minister van OCW afgelopen najaar in de Tweede Kamer, dat de “unica” in het talenonderwijs bijzondere aandacht verdienen. Dat is precies wat wij willen doen.’
Van Vree hoopt dat de nieuwe bachelor in 2015 van start zal kunnen gaan.
Van Vree zegt in een reactie op eerdere berichtgeving dat hij het taalonderwijs in te bedden in een bredere historische en culturele context. Van Vree: ‘Dat is een beweging die meer talenprogramma’s maken en de komende jaren zullen moeten maken: een verbreding in de richting van cultuur, geschiedenis en politieke ontwikkelingen en een minder exclusieve oriëntatie op met name literatuur.’
Robuuster
Deze ‘accentverschuiving’ biedt mogelijkheden de taalprogramma’s – meer dan tot nu toe – te verweven. ‘Niet alleen met elkaar, maar ook met cursussen uit de programma’s van bijvoorbeeld geschiedenis, Europese studies en mediastudies. We mobiliseren veel meer kennis die in de faculteit aanwezig is, blijkend uit het grote aantal mensen dat zich in hun onderzoek met de landen en culturen in deze regio bezighouden.’
De talen en culturen uit de regio delen volgens Van Vree veel met elkaar – waaronder een lange gemeenschappelijke geschiedenis – en door een samenvoeging kunnen er meer onderzoekers en docenten bij de opleiding worden betrokken en kunnen de soms hele kleine werkgroepjes ‘wat robuuster’ worden. De bestaande bacheloropleidingen en -trajecten zullen in de nieuwe bachelor worden ondergebracht. De onderdelen taalverwerving zullen daarbij hun huidige omvang min of meer behouden.
Unica
De faculteit werkt momenteel aan een aanvraag tot accreditatie van de nieuwe bachelor. ‘De kans dat deze aanvraag wordt gehonoreerd, achten we groot, gelet op de uitspraak van de minister van OCW afgelopen najaar in de Tweede Kamer, dat de “unica” in het talenonderwijs bijzondere aandacht verdienen. Dat is precies wat wij willen doen.’
Van Vree hoopt dat de nieuwe bachelor in 2015 van start zal kunnen gaan.
