Oud-columnist Arnold Scheepmaker van het voormalige HvA-blad Havana, een van de twee voorlopers van Folia Magazine, is door de Hoge Raad definitief vrijgesproken van belediging en discriminatie van joden. Het Openbaar Ministerie was in cassatie gegaan bij de Hoge Raad.
‘Sinds de nazitijd is het niet echt cool om negatieve dingen te zeggen over joden, maar soms snap ik best hoe het in 1937 zo ver heeft kunnen komen,’ schreef Scheepmaker onder meer in de column in 2006 in Havana (inmiddels Folia). Het hof oordeelde dat de uitlating ‘op zichzelf beschouwd beledigend is voor joodse mensen en choquerend, maar dat gezien het onderwerp van de column en de context waarin de uitlating wordt gedaan niet kan worden gezegd dat deze uitlating nodeloos grievend is’.
Scheepmaker reageert verheugd. ‘Wat mij betreft zegeviert het recht. Aan mezelf heb ik nooit getwijfeld, want ik weet dat ik geen racist ben,’ zegt de dj en popjournalist. ‘Als je door drie rechters tot twee keer toe bent vrijgesproken, wat zou de Hoge Raad dan anders doen?’ Achteraf zegt de oud-columnist van Havana wel dat hij het een en ander ‘iets subtieler’ had kunnen opschrijven.
Van de volharding van het Openbaar Ministerie is Scheepmaker wel geschrokken. ‘Je wordt een speelbal van een advocaat aan de ene, en het OM aan de andere kant,’ zegt de oud-columnist van Havana. ‘Zeven jaar lang heb ik columns geschreven en daarin was ik altijd hard en ironisch en had ik maling aan welke groep dan ook. Ik vind nog steeds dat elke groep op de hak genomen mag worden.’
Gevangenisstraf
Scheepmaker schreef de column naar aanleiding van een vakantie in Egypte, waar hij zich stoorde aan het gedrag van joodse toeristen. Het stuk schoot een oud-docent van de HvA in het verkeerde keelgat, hij deed aangifte. De columnist werd vervolgens tot twee keer toe vrijgesproken, maar het OM ging telkens opnieuw in beroep. Scheepmaker riskeerde een gevangenisstraf van maximaal een jaar.
De bewuste column is op deze website terug te lezen.
‘Sinds de nazitijd is het niet echt cool om negatieve dingen te zeggen over joden, maar soms snap ik best hoe het in 1937 zo ver heeft kunnen komen,’ schreef Scheepmaker onder meer in de column in 2006 in Havana (inmiddels Folia). Het hof oordeelde dat de uitlating ‘op zichzelf beschouwd beledigend is voor joodse mensen en choquerend, maar dat gezien het onderwerp van de column en de context waarin de uitlating wordt gedaan niet kan worden gezegd dat deze uitlating nodeloos grievend is’.
Scheepmaker reageert verheugd. ‘Wat mij betreft zegeviert het recht. Aan mezelf heb ik nooit getwijfeld, want ik weet dat ik geen racist ben,’ zegt de dj en popjournalist. ‘Als je door drie rechters tot twee keer toe bent vrijgesproken, wat zou de Hoge Raad dan anders doen?’ Achteraf zegt de oud-columnist van Havana wel dat hij het een en ander ‘iets subtieler’ had kunnen opschrijven.
Van de volharding van het Openbaar Ministerie is Scheepmaker wel geschrokken. ‘Je wordt een speelbal van een advocaat aan de ene, en het OM aan de andere kant,’ zegt de oud-columnist van Havana. ‘Zeven jaar lang heb ik columns geschreven en daarin was ik altijd hard en ironisch en had ik maling aan welke groep dan ook. Ik vind nog steeds dat elke groep op de hak genomen mag worden.’
Gevangenisstraf
Scheepmaker schreef de column naar aanleiding van een vakantie in Egypte, waar hij zich stoorde aan het gedrag van joodse toeristen. Het stuk schoot een oud-docent van de HvA in het verkeerde keelgat, hij deed aangifte. De columnist werd vervolgens tot twee keer toe vrijgesproken, maar het OM ging telkens opnieuw in beroep. Scheepmaker riskeerde een gevangenisstraf van maximaal een jaar.
De bewuste column is op deze website terug te lezen.
