De financiering van hogescholen wordt voor een deel afhankelijk van hun prestaties. Daarover hebben de 41 hogescholen donderdag een akkoord bereikt in de HBO-raad.
Een woordvoerder van de raad heeft een bericht hierover in het bevestigd
AD. Vanaf 2016 wordt ongeveer zeven procent van de geldstroom afhankelijk van de prestaties van de hogescholen op het gebied van studiesucces, kwaliteit van onderwijs en de investering in goede docenten. Het gaat om ruim 180 miljoen euro. Zijlstra wil verder dat een commissie van wijzen nieuwe onderwijsplannen beoordeeld, voordat er geld vrijkomt.
‘Het gaat om een conceptakkoord,’ aldus de woordvoerder. ‘Als een hogeschool de normen niet haalt moet het geld worden terugbetaald. De exacte invulling zal echter per hogeschool verschillen. Op basis van dit akkoord zal de staatssecretaris nog individuele afspraken maken met alle hogescholen. Zij krijgen tot 1 april de tijd voorstellen daarover op papier te zetten.’
Na de problemen met hogeschool Inholland ontstond het idee een deel van het geld in te houden bij slechte beoordelingen. Door een deel van de geldstroom afhankelijk te maken van de prestaties kan de overheid meer invloed uitoefenen op de manier waarop hogescholen hun onderwijs vormgeven. Hogescholen worden nu alleen nog beoordeeld door de onderwijsinspectie.
Pascal ten Have, voorzitter van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb), vreest dat een dergelijk systeem perverse prikkels in de hand werkt. ‘Het is gevaarlijk daar op de financieren. Als je een deel van de prestatiebeloning afhankelijk maakt van, bijvoorbeeld, het aantal contacturen, dan is niet gezegd dat de kwaliteit beter wordt. Zo’n norm kan je makkelijk halen door de klassen groter te maken.’
De LSVb-voorzitter is wel blij dat er eindelijk een nieuw akkoord is over de bekostiging van het onderwijs. ‘We moeten de precieze invulling afwachten, maar we zijn eindelijk af van de bekostiging op basis van diploma’s. Daarmee kregen hogescholen echt alleen maar het signaal om zoveel mogelijk studenten af te laten studeren.’
Het definitieve akkoord wordt naar verwachting eind volgende week ondertekend.