‘De Hogeschool van Amsterdam wordt de beste van Europa. Het is alleen een kwestie van tijd.’ Met die woorden sloot HvA-rector Huib de Jong de ochtend ‘Future-proof onderwijs aan de HvA’ af. Het onderwijs aan de Hogeschool van Amsterdam is immers nog niet future-proof en moet dat zo snel mogelijk wel worden, zo oordeelde De Jong. Sleutelwoorden voor de transitie zijn flexibilisering, modularisering en centralisering.
Het was de slotsom van de slotbijeenkomst van het HvA-programma Slim. Dat onderdeel van Slim, Sluitend, Slank is met name gericht op het verbeteren van de onderwijskwaliteit. Deze ochtend spraken bestuurders, domeinvoorzitters en opleidingsmanagers over de taken die de HvA heeft om die onderwijskwaliteit in een digitaliserende, robotiserende en polariserende wereld uit te voeren.
Banen van de toekomst
De ochtend werd geopend door Ron Minnée, directeur-generaal hoger onderwijs en studiefinanciering bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Hij spiegelde de zaal voor dat er dankzij het leenstelsel miljoenen naar het hoger onderwijs gaan – ‘voor de HvA komt het neer op 40 à 45 miljoen euro per jaar’ – en het dus goed is na te denken over wat er met dat geld gaat gebeuren. ‘Wij zijn op het ministerie ook bezig met een strategische agenda en vinden het goed dat de HvA zich zelf ook die vraag stelt. Naar verwachting zijn we daar in april of mei mee klaar,’ zei Minnée.
Lector Leren en Innoveren Marco Snoek hield de zaal de onzekerheid voor die ‘future-proof education’ met zich meebrengt. Wat zijn bijvoorbeeld de banen van de toekomst? En moeten we studenten vooral kennis of vaardigheden aanleren?
Modularisering, flexibilisering en centralisering
Na een workshopronde schetste HvA-rector Huib de Jong de grote lijn waarlangs volgens hem de HvA in de toekomst zou moeten opereren. Hij kondigde een ‘radicale shift in het onderwijs’ aan en sneed drie thema’s aan die volgens hem daarin centraal zouden moeten staan: modularisering, flexibilisering en centralisering. Zo zouden studenten gemakkelijker moeten kunnen studeren aan verschillende domeinen, moet het gemakkelijker worden om curricula van vakken aan te passen en moeten zaken als toetsprogramma’s en ict centraal worden geregeld.
Hoe dat er in de praktijk uit gaat zien, is nog niet duidelijk. Daar gaan De Jong en consorten de komende tijd over brainstormen. Hij is daarin niet de enige. Future-proof onderwijs is ook het thema van de HvA Onderwijsconferentie die op 9 april plaatsvindt.
Het was de slotsom van de slotbijeenkomst van het HvA-programma Slim. Dat onderdeel van Slim, Sluitend, Slank is met name gericht op het verbeteren van de onderwijskwaliteit. Deze ochtend spraken bestuurders, domeinvoorzitters en opleidingsmanagers over de taken die de HvA heeft om die onderwijskwaliteit in een digitaliserende, robotiserende en polariserende wereld uit te voeren.
Banen van de toekomst
De ochtend werd geopend door Ron Minnée, directeur-generaal hoger onderwijs en studiefinanciering bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Hij spiegelde de zaal voor dat er dankzij het leenstelsel miljoenen naar het hoger onderwijs gaan – ‘voor de HvA komt het neer op 40 à 45 miljoen euro per jaar’ – en het dus goed is na te denken over wat er met dat geld gaat gebeuren. ‘Wij zijn op het ministerie ook bezig met een strategische agenda en vinden het goed dat de HvA zich zelf ook die vraag stelt. Naar verwachting zijn we daar in april of mei mee klaar,’ zei Minnée.
Lector Leren en Innoveren Marco Snoek hield de zaal de onzekerheid voor die ‘future-proof education’ met zich meebrengt. Wat zijn bijvoorbeeld de banen van de toekomst? En moeten we studenten vooral kennis of vaardigheden aanleren?
Modularisering, flexibilisering en centralisering
Na een workshopronde schetste HvA-rector Huib de Jong de grote lijn waarlangs volgens hem de HvA in de toekomst zou moeten opereren. Hij kondigde een ‘radicale shift in het onderwijs’ aan en sneed drie thema’s aan die volgens hem daarin centraal zouden moeten staan: modularisering, flexibilisering en centralisering. Zo zouden studenten gemakkelijker moeten kunnen studeren aan verschillende domeinen, moet het gemakkelijker worden om curricula van vakken aan te passen en moeten zaken als toetsprogramma’s en ict centraal worden geregeld.
Hoe dat er in de praktijk uit gaat zien, is nog niet duidelijk. Daar gaan De Jong en consorten de komende tijd over brainstormen. Hij is daarin niet de enige. Future-proof onderwijs is ook het thema van de HvA Onderwijsconferentie die op 9 april plaatsvindt.
