Europese universiteiten, verenigd in de European Universities Association (EUA), hebben veel vraagtekens gezet bij het Trans-Atlantisch Vrijhandels- en Investeringsverdrag (TTIP). Dat Europees-Amerikaanse vrijhandelsverdrag zou de economische groei aan weerszijden van de Atlantische Oceaan moeten stimuleren, maar stuit op veel kritiek.
De EUA en ook de Nederlandse Vereniging van Universiteiten (VSNU) vallen met name over het economische denken dat het onderwijs bedreigt, zo blijkt uit hun persbericht. ‘Higher Education (HE) is a public responsibility to which all citizens must have right of access, and not a commodity to be transacted by commercial interests,’ zo klinkt het.
Daarnaast vrezen de universiteiten dat het nationale onderwijsbeleid dat de verschillende landen afzonderlijk van elkaar voeren onder druk komt te staan door het verdrag. VSNU-voorzitter Karl Dittrich verklaart daarover tegen ScienceGuide: ‘Wij zien onderwijsbeleid vooral als een nationale aangelegenheid.' Bovendien vindt hij de onduidelijkheid over de positie van het hoger onderwijs in het verdrag erg risicovol.
Deze week onderhandelen alle verdragsluitende partijen voor de achtste keer in Brussel. Hoewel het vrijwel ondenkbaar is dat er in het geheel geen verdrag komt, is nog maar de vraag welke beleidsterreinen wél en welke niet binnen de werking van het verdrag zullen vallen.
De EUA en ook de Nederlandse Vereniging van Universiteiten (VSNU) vallen met name over het economische denken dat het onderwijs bedreigt, zo blijkt uit hun persbericht. ‘Higher Education (HE) is a public responsibility to which all citizens must have right of access, and not a commodity to be transacted by commercial interests,’ zo klinkt het.
Daarnaast vrezen de universiteiten dat het nationale onderwijsbeleid dat de verschillende landen afzonderlijk van elkaar voeren onder druk komt te staan door het verdrag. VSNU-voorzitter Karl Dittrich verklaart daarover tegen ScienceGuide: ‘Wij zien onderwijsbeleid vooral als een nationale aangelegenheid.' Bovendien vindt hij de onduidelijkheid over de positie van het hoger onderwijs in het verdrag erg risicovol.
Deze week onderhandelen alle verdragsluitende partijen voor de achtste keer in Brussel. Hoewel het vrijwel ondenkbaar is dat er in het geheel geen verdrag komt, is nog maar de vraag welke beleidsterreinen wél en welke niet binnen de werking van het verdrag zullen vallen.
