HvA-onderzoeker Anne-Marie van Beijsterveldt heeft de Aanmoedigingsprijs voor Sport & Geneeskunde gewonnen. Ze dankt die prijs - duizend euro - aan haar grootschalige onderzoek naar blessures in het voetbal.
Mailtje
Van Beijsterveldt zag een paar dagen geleden haar telefoon knipperen. 'O, een werkmail,' dacht ze. Ze opende hem toch maar. Een paar tellen later kon ze haar geluk niet op. Ze had het niet verwacht. En zeker niet via mail. Maar het mailtje bleek toch echt de officiële mededeling dat ze de prijs had gewonnen, naar aanleiding van de publicatie over haar onderzoek in Sport & Geneeskunde. 'Ik ga hiermee op vakantie denk ik,' meldt de winnares.
Harde conclusies over een harde sport
Voor haar prijswinnende onderzoek volgde Van Beijsterveldt een jaar lang 673 prof- en amateurvoetballers van de Nederlandse eredivisie en de eerste klasse van het amateurvoetbal. Het stelde haar in staat om het blessureleed van voetballers structureel in kaart te brengen. Na analyse trok ze een aantal harde conclusies. Voetbal is een bijzonder blessuregevoelige sport, zo stelde Van Beijsterveldt. Per duizend voetbaluren telde ze gemiddeld 7.8 blessures. Bij andere sporten is dat 1.8 per duizend uur. Tijdens wedstrijden bleek dit getal nog veel hoger: 24 blessures per duizend uur. Knieblessures blijken het meest voor te komen, vooral bij middenvelders. Knieblessures zijn ook de zwaarste blessures. Terwijl voor andere kwetsuren gemiddeld 29 dagen hersteltijd geldt, duurt het 49 dagen voordat een knieblessure is genezen. En zelfs daarna heeft dertig procent van de voetballers last van restklachten aan de knie.
Oplossing
Van Beijsterveldt zoekt de oplossing voor al dit blessureleed bij de scheidsrechters: die moeten harder optreden. ‘Wanneer de scheidsrechter strenger fluit, treden minder vaak risicovolle situaties op. En dergelijke situaties liggen vaak ten grondslag aan knieblessures,’ stelt de onderzoeker. 'Maar voetbal blijft natuurlijk een contactsport. Knieblessures zullen dus altijd een onvermijdelijk onderdeel van voetbal blijven.'
Inmiddels heeft Van Beijsterveldt haar werkterrein zo'n veertig centimeter verplaatst: ze onderzoekt nu blessures aan de lies.