'Er wordt vaak gedacht dat het gaat om een select groepje slechteriken dat de crisis uit 2008 heeft veroorzaakt, maar dat beeld klopt totaal niet. Natuurlijk, er lopen een aantal
evil klojo's rond, maar die heb je overal. Eikels heb je zelfs op de universiteit,' grapt Joris Luyendijk. 'De fout zit 'm in het feit dat banken niet failliet kunnen gaan en daarom oneindig veel risico nemen. We stevenen hierdoor af op een niet te repareren systeemcrash.'
Er werd gisteren flink geboord en getimmerd rondom de bruine leren bank in gebouw E waar Luyendijk, auteur van de bestseller
Dit kan niet waar zijn, tijdens Room for Discussion zijn verhaal deed. Luyendijk is uitgenodigd om dieper in te gaan op de in zijn boek beschreven Londense financiële wereld en de gevaren die deze met zich meebrengt.
Corruptie
Luyendijk, naar eigen zeggen aanvankelijk een absolute leek op het gebied van de financiële sector, interviewde twee jaar lang verschillende bankiers werkend in de City - de benaming voor de Londense bankenwereld. 'Het was voor hen zeer risicovol om aan mij hun verhaal te doen, omdat het ze hun carrière kon kosten. In ruil voor anonimiteit gaven ze mij openheid,' vertelt Luyendijk.
Volgens Luyendijk speelt er een 'fundamentele
flaw' die veroorzaker is van de Londense - en aanvankelijk ook Nederlandse - bankencrisis. Door de hoge mate van concurrentie binnen dezelfde bank, snelle ontslagen en veel corruptie zijn bankiers in de City bereid om de bank waar ze in dienst zijn in gevaar te brengen en zo hun eigen hachje te redden - een haast ondenkbaar gegeven. Wanneer een van de interviewers voorzichtig stelt dat er toch niet per se sprake hoeft te zijn van corruptie, moet Luyendijk hard lachen. 'Natuurlijk wel.'

Foto: Daniël Rommens
Meedoen of ten onder gaan
Luyendijk spreekt niet voor niets van een 'niet te repareren' probleem. 'Je kunt als bank niet zeggen: wij doen niet mee aan dit systeem. Je moet wel meedoen, anders ga je ten onder.' Het probleem zou hooguit op Europees niveau aangepakt kunnen worden, maar ook dat lijkt volgens Luyendijk een haast onbegonnen zaak. 'Buiten het feit dat je 28 EU-landen op een lijn moet krijgen over het bankenbeleid, zullen de banken in de City er alles aan doen om je tegen te werken.'
Het intredende geluid van een slijptol - gebouw E verbouwt tenslotte zichzelf niet - brengt een langzaam einde aan het interview. Wat Luyendijk echter nog wel wil benadrukken, is het enorme gebrek aan journalistieke analyses naar aanleiding van de crisis en de wantoestanden die spelen in Londen. 'Dit onderwerp ligt voor het grijpen.'