Caribisch-Nederlandse eerstejaars zijn de grens niet overgegaan voor hun studie, maar wel een halve wereld van huis verwijderd. Studentennetwerk Hvanti vangt de ergste cultuurschok op, met hun jaarlijkse introductie.
‘Eén keer flink pompen, en dan nog een paar keer zachter naschudden’, zegt de docent opgewekt, terwijl ze de hand van Joshua (20, technische bedrijfskunde) stevig vasthoudt. ‘Stevig knijpen! Meisjes, niet van die slappe handjes.’ Aankijken is ook belangrijk, als je een Hollander een hand geeft, vervolgt Hanneke Stasse. ‘En dat zullen jullie de komende tijd vaak gaan doen.’
Zo’n veertig kersverse Caribische studenten kijken geamuseerd maar geboeid naar de workshop Interculturele Communicatie van de docent van de lerarenopleiding. Er valt veel te leren: van omgaan met stereotypering (‘zeg het als je iets niet leuk vindt, dat zal een Nederlander ook doen’) tot assertiviteit (‘stel vragen, laat zien dat je er bent’).
Subtiel
‘De verandering van cultuur is een ervaring; pak dat op, het is jullie kapitaal,’ sprak rector Huib de Jong eerder die ochtend in een welkomstwoord. Die verandering kan een heel grote zijn: Nederlands is thuis een schoolvak, maar rolt nog niet altijd soepel van de tong; heimwee slaat genadeloos toe met de komst van de herfst. Op papier zijn de studenten van Aruba, Curaçao, Bonaire, Sint Maarten, Saba en St. Eustatius in niets anders dan hun klasgenoten, maar dat is soms juist een valkuil bij hun komst naar Nederland. Hvanti biedt hulp, te beginnen met dit warme welkom van een hele dag in het Kohnstammhuis.
‘Het lijkt een lage drempel, maar dat is het niet’, weet projectleider Nicole Spellen. Het zijn vaak de subtiele dingen, weet de van oorsprong Arubaanse studentendecaan. ‘Het eerste halfjaar dat ik hier was begreep ik de Nederlandse grapjes totaal niet’.
Hvanti – een samenvoeging van HvA en Antillen – werd opgericht in 2010, toen uit onderzoek op de HvA bleek dat Carabisch-Nederlandse studenten het slechter deden dan andere Nederlandse studenten. ‘Dat ligt aan de taalachterstand, niet kunnen aarden vanwege heimwee, maar ook simpelweg de verkeerde studiekeuze,’ vertelt Spellen. ‘We zijn het aan gaan pakken bij de scholen daar: nu reizen we met studenten jaarlijks af om heel gericht studievoorlichting te geven en dóór te vragen.’
Een goede winterjas
Aan de HvA komen per jaar ongeveer honderd studenten vanuit overzeese Rijksdelen studeren. Van de grofweg vijfhonderd studenten is ongeveer de helft actief binnen Hvanti. Vandaag is een behoorlijk team studentmentoren in paarse shirts aanwezig. ‘Allemaal vrijwilligers,’ zegt Spellen, ‘die worden getraind om aankomende studenten te ondersteunen, en vooral hun eigen ervaringen te delen. Soms worden ze gewoon gevraagd waar je heen moet om een goede winterjas kunt kopen - want het weer is een terugkomend pijnpunt.’
‘Normaal heb je allemaal Nederlanders om je heen, hier kan ik even ertussenuit, om met mijn eigen mensen te zijn,’ zegt studentmentor Jerry (21, elektrotechniek). ‘Dat klinkt misschien gek, maar het is heerlijk om hier Papiements te kunnen spreken. Of dat als je zegt dat je het de hele tijd koud hebt, ze het écht snappen.’ Officieel moeten de studentmentoren Nederlands spreken met de nieuwe leden van Hvanti, zegt Jerry, ‘om hun eventuele taalproblemen niet in stand te houden. Maar in de loop van het jaar gaan we wel vaker over naar Papiements.’
Caribische bubbel
Toch waakt Hvanti ervoor, te veel een Caribische bubbel binnen de HvA te worden, zegt Spellen. ‘We coachen studenten om niet een kliekje te vormen, maar op Nederlandse studenten af te stappen. Hun Nederlands is soms erg formeel - op school wordt een moeilijk wiskundeprobleem vaak toch even in het Papiements uitgelegd – maar ze moeten het tóch gaan spreken.’ Daarom raadt de decaan eerstejaars af om in het eerste jaar terug te keren naar huis: ‘Kerst is een enorm familiefeest daar, maar als een student daarna terugkeert, middenin de winter met zeven tentamens voor de deur – dat is enorm zwaar.’ Het Hvanti-kerstdiner biedt soelaas, evenals de immer goedbezochte workshop ‘Hoe overleef ik de winter?’
Aan de lunch worden nieuwe vriendschappen gesloten. Agni (18, aviation engineering) is toch nog maar met twee vrienden van de middelbare school gaan zitten. ‘Alles gaat sneller hier,’ vindt de eerstejaars. ‘Hoewel dat dynamische ook leuk is.’ Het uitgaansleven is bijvoorbeeld een enorme verbetering, zegt Kathy (18, lerarenopleiding biologie). ‘Op Aruba zijn drie clubs, en daar ken je iedereen.’ ‘Als je daar over de schreef gaat, is het de volgende dag ongeveer op het nieuws,’ valt Joshua haar bij.
‘Alles is hier precies op tijd,’ merkt Jeremy (19, aviation engineering) op. ‘Op Aruba begint alles standaard een half uur later dan gepland. Met dat vooroordeel krijg je hier dan ook soms te maken, maar eigenlijk vind ik het wel fijn dat hier alles strakker geregeld is.’ Hij heeft bewust gekozen voor Amsterdam, ondanks de waarschuwingen van zijn eilandgenoten dat er hier te veel afleiding is om goed te studeren. ‘Amsterdam vinden ze geen studiestad, maar het is een kwestie van je eigen grenzen kennen. Daarbij kan mijn studie alleen hier. Ja, of in België, maar dan moet je toch naar het buitenland hè – spreken ze daar eigenlijk Nederlands?’