Deze week worden in Stockholm de winnaars van de Nobelprijs bekend gemaakt. Folia vraagt iedere dag een medewerker van de UvA en de HvA om commentaar te geven op de winnaar.
Vandaag AMC-bestuursvoorzitter Marcel Levi over de Nobelprijs voor de Geneeskunde.
‘Het zijn mooie ontdekkingen waar miljoenen mensen mee worden geholpen,’ zo reageert Marcel Levi, bestuursvoorzitter van het AMC en decaan van de geneeskundefaculteit aan de UvA, op het nieuws dat de Nobelprijs voor de Geneeskunde dit jaar naar onderzoek naar parasieten en malaria gaat.
De Ier William Campbell en de Japanner Satoshi Omura krijgen de helft van de prijs voor het ontwikkelen van een medicijn tegen infecties die door parasieten worden veroorzaakt en rivierblindheid kunnen veroorzaken.
De andere helft van de prijs – waar in totaal een bedrag van 850.000 euro aan is verbonden – ging naar de Chinese Youyou Tu, die een medicijn tegen malaria heeft ontwikkeld: Artemisinin. Dit medicijn heeft de sterftecijfers onder malariapatiënten de afgelopen jaren sterk doen verminderen. Voor het recept greep Tu terug op traditionele Chinese kruidengeneeskunde. Door oude geschriften te bestuderen kwam ze op het goede spoor om het werkende stofje uit de zomeralsemLatijn: Artemisia annua; een kruidenplantje met varenachtige bladeren te onttrekken. Dit stofje doodt de malariaparasiet voor die zich echt kan ontwikkelen.
Toegepast
‘Het was al even geleden dat de Nobelprijs voor de geneeskunde werd uitgereikt aan onderzoek naar infectieziekten,’ zegt Levi. Vaak gaat de prijs naar meer fundamentele onderzoeken. Zoals vorig jaar. Toen ging de prijs naar hersenwetenschappers John O’Keefe, May-Britt Moser en Edvard Moser, voor hun onderzoek naar het ‘gps’-systeem dat in het menselijk brein zit en ervoor zorgt dat mensen zich kunnen oriënteren.
‘De onderzoeken van dit jaar zijn veel meer toegepast,’ weet Levi. Dat is ook de reden waarom de prijs even op zich heeft moeten laten wachten. Tu deed haar ontdekking bijvoorbeeld al meer dan veertig jaar geleden. Ook Campbell en Omura zijn al decennia op de hoogte van de werking van hun medicijn. ‘Bij medicijnen wordt de prijs pas een heleboel jaren na de ontdekking ervan uitgereikt. Het Nobelcomité wil namelijk eerst zien of ze wel echt werken.’ De medicijnen hebben zich inmiddels bewezen. Het AMC, dat in Nederland een centrumfunctie heeft op het gebied van tropische ziekten, maakt gebruik van de medicijnen van Tu, Campbell en Omura.
Nederland
Parasieten raken vooral de armste delen van de bevolking, schrijft het Nobelcomité in haar rapport. 'Bij ons in Nederland zijn het vooral importziekten,' weet Marcel Levi. Toch krijgen ze er op het AMC wel mee te maken.
‘We zien vooral toeristen die naar Afrika of Azië zijn gegaan en niet genoeg malariapillen hebben ingenomen,’ zegt Levi. ‘Of Ghanezen die al lange tijd in Nederland wonen.’ In Ghana waren ze gewend een bepaalde weerstand te hebben tegen malaria. Eenmaal in Nederland neemt die weerstand af. 'Als ze op bezoek gaan in Ghana dan doen ze dat vaak onvoorbereid en worden ze ziek.'
Luister hier de reactie van Satoshi Omura op de bekendmaking terug.
Morgen wordt de Nobelprijs voor de Natuurkunde uitgereikt.