Het is heel moeilijk om te weten wat we nog niet weten. Daar is jarenlange studie voor nodig en flink wat talent. Het vinden en benoemen van gaten in kennis is een vaardigheid die wetenschappers meestal pas na het promotietraject beheersen. Onze beleidsmakers snappen dit niet of willen dit niet snappen. Ze bedachten de Nationale Wetenschapsagenda waar iedereen – burgers, bedrijven, belangenorganisaties – vragen kon indienen voor de wetenschap. Dat vonden wetenschappers terecht alarmerend en daarom deden ze zelf ook mee. Het re-
sultaat van al die nijverheid: 11.700 vragen.
Wie door de vragen bladert ziet de eerste zinnen van deze column bewaarheid worden. Leken hebben geen idee van de dingen die we niet weten. Ze stellen allemaal vragen waarop de wetenschap al lang een antwoord heeft, of waarop het antwoord niet kenbaar is. Er is dus een gapend gat tussen de kennis van het publiek en de kennis van de ivoren toren. Meer wetenschapscommunicatie zou dat kunnen verhelpen. Helaas hebben wetenschappers helemaal geen tijd om naar beneden te komen en de antwoorden te bespreken. Valorisatie is aardig als paragraaf in je beursaanvraag bij NWODe Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) verdeelt in naam van de overheid onderzoekssubsidies., maar het schrijven van blogs of opiniestukken levert geen punten op zoals publicaties in ISI-ranked journals dat wel doen. Wie zouden we nou eens op die vragen kunnen zetten?
Vorige week leidde het censureren van gedichten van studenten volledig voorspelbaar tot protest. De blokkade bij de opening van het academisch jaar leek wel doorgestoken kaart, een vooropgezet media-event waarmee bureau communicatie de UvA in het nieuws wilde brengen. De officiële lijn is echter dat kritische studenten alleen leuk zijn als slogan op reclameposters. En dus was de start van het nieuwe jaar meteen weer een pr-blunder. Als de universiteit echt een bedrijf was, krabde het zich flink achter de oren over zulke contraproductieve werknemers.
Ik denk graag mee en heb daarom een voorstel. Zet alle medewerkers van bureau communicatie op de vragen van de Nationale Wetenschapsagenda. Ze kunnen prachtige filmpjes maken, eventueel geregisseerd door de bekroonde documentairemaker John Appel, waarin excellente UvA-topwetenschappers al dan niet samen met excellente UvA-topstudenten helder uitleggen wat de wetenschap allemaal weet. Fantastisch voor het imago als een universiteit die middenin de samenleving staat. De voorlichting laten we voortaan over aan de competente rebellen. Zij kunnen dat veel beter. Toen Humanities Rally vorig jaar een open dag voor talenstudies organiseerde, verdubbelde pardoes het aantal inschrijvingen van slavistiek. Met het buitenspel zetten van bureau communicatie is er zo misschien ook nog hoop voor de geesteswetenschappen.