In plaats van slechts naar economische groei te kijken, is het essentieel dat banken zich meer op duurzaamheidsontwikkeling richten. Dat zei directievoorzitter van Triodos Bank Peter Blom vanmiddag tijdens
Room for Discussion, waar hij een pleidooi hield voor het zogenaamde ‘kapitalisme 3.0’. Samen met Esther-Mirjam Sent, hoogleraar Economische Theorie en Economisch Beleid aan Radboud Universiteit Nijmegen, was hij uitgenodigd om te komen praten over duurzame hervormingen van de financiële sector.
Opmerkelijke groei
De gister gepresenteerde jaarcijfers van Triodos Bank toonden een opmerkelijke groei voor een bank in crisistijd. Dat komt volgens Blom door de heldere missie die de bank uitstraalt. ‘Wij vinden het belangrijk dicht bij de reële economie te blijven. Je moet kunnen uitleggen waar het geld naar toe gaat. Bijvoorbeeld met een investering in een windmolenpark. Die kun je bij wijze van spreken zelf gaan tellen.’
Blom en Sent zijn sinds 2010 samen actief bij het
Sustainable Finance Lab, waarin wetenschappers verenigd zijn om na te denken over manieren om de sector te verduurzamen. Volgens Blom was dat hard nodig. ‘Ik merkte in mijn sector dat de discussie over duurzaamheid niet of nauwelijks gevoerd werd. En ook vanuit de wetenschap bleef het ontzettend stil.’ Sent beaamde dat. ‘Wetenschappers vinden het vaak lastig hun kennis te vertalen naar daadwerkelijk beleid. De crisis van 2008 was aanleiding om dat nu eens actiever te gaan proberen. Daaruit is onder meer een reeks aanbevelingen voortgekomen, die we in november hebben gepresenteerd. Bijvoorbeeld het afschaffen van bonussen en het invoeren van een goedkeuring van financiële producten.’
'Never waste a good crisis'
Volgens Sent is de crisis bij uitstek het moment voor herbezinning. Zij citeerde hierbij econoom Milton Friedman:
‘Never waste a good crisis
.’ Friedman: ‘We moeten in de beoordeling van de economie naar een breder welvaartsbegrip. Het is natuurlijk veel eenvoudiger om het Bruto Binnenland Product te berekenen en als standaard te nemen dan een vaag gegeven als ‘welzijn’, maar toch moeten we ook die factoren meenemen. Uit onderzoek blijkt immers dat landen die steeds rijker worden niet per definitie gelukkiger worden.’ Sent veroordeelde daarbij de visie dat ieder mens slechts een rationaliserende homo economicus is. ‘Maar daarvoor zouden jullie eigenlijk aan de RU moeten studeren. Daar bestaat een groot gedeelte van de opleiding nu al uit varianten als gedragseconomie, gelukseconomie en evolutie-economie.’
Ook Blom pleitte voor herziening van het systeem. Daarvoor introduceerde hij al eerder de term ‘kapitalisme 3.0’, die hij in het gesprek uitlegde. ‘Na het kapitalisme 1.0, waarin enkel het rendement op kapitaal centraal stond, kregen we hier in de westerse wereld het kapitalisme 2.0. Daarbij was de factor mens niet alleen meer een productiefactor, maar ging men deze door middel van sociale voorwaarden beschermen. Inmiddels is het tijd dat we inzien dat ook de factor natuur, dus de grondstoffen, beschermd moeten worden. Milieu is niet alleen een linkse ideologie, maar een factor in de economie. We botsen nu simpelweg op haar grenzen en zijn genoodzaakt te gaan hervormen.’
Het juiste alternatief
Over de huidige politiek toonde zowel Sent als Blom zich betrekkelijk negatief.
Sent: ‘Men is veel te veel bezig met symptoombestrijding. Het op orde krijgen van de begroting zou een middel moeten zijn richting een gezonde economie, geen doel op zich.’ Blom veroordeelde vooral het gebrek aan stimulans tot duurzaamheid vanuit Den Haag. ‘Banken die dat wel doen worden onvoldoende beloond. Wij hebben als Triodos die duurzame missie intrinsiek, maar andere banken zijn meer afhankelijk van signalen uit Den Haag. Als die niet komen starten ze die dialoog zelf ook niet.’
De toekomst zag hij desondanks niet uitzichtloos in. ‘Als het niet goedschiks gaat, dan gaat het wel kwaadschiks. Binnen tien tot twintig jaar zakken we door de bodem wat betreft bepaalde grondstoffen. Dan is men wel genoodzaakt te hervormen.’ Ook Sent verwachtte dat. Wel benadrukte zij de rol die ook de consument in deze heeft. ‘Mensen zijn te veel gewoontedieren en kiezen te vaak de gemakkelijke weg. De ongewone optie, zoals vegetarisme, zou eigenlijk de norm moeten worden. Maar ook hier geldt dat de overheid dat moet stimuleren. Bijvoorbeeld door het veilige economisch product tot de
default-optie te maken. Pas dan wordt zal men massaal voor het juiste alternatief kiezen.’