In de ‘plagiaatzaak’ van bijzonder hoogleraar kinderarbeid Kristoffel Lieten, die begin dit jaar aan het licht kwam, heeft de UvA onderzoek laten verrichten. Het daarbij behorende rapport is inmiddels verschenen. Lieten heeft het rapport ingezien en is niet blij. Hij noemt het ‘een kafkaiaans rapport.’
Afgelopen voorjaar achtte een rechtbank in het Indiase district Delhi bewezen dat Lieten - inmiddels overigens met emeritaat - een paper had geplagieerd van Ajai Sahni, executive director van het Institute for Conflict Management in New Delhi. Lieten was het daar pertinent niet mee eens, maar de uitspraak bleef staan: ‘Professor Lieten’s paper is more or less the verbatim reproduction of the survey published by the plaintiff (Dr. Sahni) with only some cosmetic changes.’ Lieten werd een boete opgelegd van 500.000 Indiase rupees (ongeveer 7.700 euro), plus de kosten van de rechtszaak. Bovendien moest hij het onderzoeksmateriaal en de gedrukte kopieën van het artikel inleveren bij Sahni om te worden vernietigd.
De UvA stelde een onderzoekscommissie in onder leiding van de Utrechtse rechtsfilosoof Ton Hol. Die heeft inmiddels een rapport uitgebracht, maar wil het rapport vooralsnog niet afstaan aan Folia. Lieten heeft het rapport ingezien, maar ook hij wil het rapport niet ter inzage afstaan. Wel wil hij zijn eerste oordeel telefonisch mededelen. Hij noemt het ‘een bizar kafkaiaans rapport waarin het woord “plagiaat” niet eens wordt genoemd’.
Op verzoek wil Lieten wel een korte samenvatting van het rapport geven. Daarin zou volgens hem staan dat Lieten ‘een eigen heel andere tekst’ heeft geschreven dan Sahni en dat er ‘van boze opzet geen sprake’ is geweest. ‘Maar dat is mij lang niet genoeg,’ zegt Lieten. ‘Ik eis 101 procent zuivering van mijn naam en wil dat de UvA expliciet naar buiten treedt met de mededeling dat ik geen plagiaat heb gepleegd. Ik heb 25 boeken gepubliceerd en ontelbare artikelen geschreven. Ik ben een gerespecteerd wetenschapper. Voor mij is deze zaak nog niet afgerond. Als de UvA niet expliciet meldt dat ik geen plagiaat heb gepleegd, ga ik in hoger beroep.’
Rector magnificus Dymph van den Boom laat weten eerst een gesprek met Lieten te willen hebben, voordat zij met een reactie komt. ‘Dat lijkt mij de juiste volgorde.’ Dat gesprek vindt deze week plaats.
Afgelopen voorjaar achtte een rechtbank in het Indiase district Delhi bewezen dat Lieten - inmiddels overigens met emeritaat - een paper had geplagieerd van Ajai Sahni, executive director van het Institute for Conflict Management in New Delhi. Lieten was het daar pertinent niet mee eens, maar de uitspraak bleef staan: ‘Professor Lieten’s paper is more or less the verbatim reproduction of the survey published by the plaintiff (Dr. Sahni) with only some cosmetic changes.’ Lieten werd een boete opgelegd van 500.000 Indiase rupees (ongeveer 7.700 euro), plus de kosten van de rechtszaak. Bovendien moest hij het onderzoeksmateriaal en de gedrukte kopieën van het artikel inleveren bij Sahni om te worden vernietigd.
De UvA stelde een onderzoekscommissie in onder leiding van de Utrechtse rechtsfilosoof Ton Hol. Die heeft inmiddels een rapport uitgebracht, maar wil het rapport vooralsnog niet afstaan aan Folia. Lieten heeft het rapport ingezien, maar ook hij wil het rapport niet ter inzage afstaan. Wel wil hij zijn eerste oordeel telefonisch mededelen. Hij noemt het ‘een bizar kafkaiaans rapport waarin het woord “plagiaat” niet eens wordt genoemd’.
Op verzoek wil Lieten wel een korte samenvatting van het rapport geven. Daarin zou volgens hem staan dat Lieten ‘een eigen heel andere tekst’ heeft geschreven dan Sahni en dat er ‘van boze opzet geen sprake’ is geweest. ‘Maar dat is mij lang niet genoeg,’ zegt Lieten. ‘Ik eis 101 procent zuivering van mijn naam en wil dat de UvA expliciet naar buiten treedt met de mededeling dat ik geen plagiaat heb gepleegd. Ik heb 25 boeken gepubliceerd en ontelbare artikelen geschreven. Ik ben een gerespecteerd wetenschapper. Voor mij is deze zaak nog niet afgerond. Als de UvA niet expliciet meldt dat ik geen plagiaat heb gepleegd, ga ik in hoger beroep.’
Rector magnificus Dymph van den Boom laat weten eerst een gesprek met Lieten te willen hebben, voordat zij met een reactie komt. ‘Dat lijkt mij de juiste volgorde.’ Dat gesprek vindt deze week plaats.
