Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
wetenschap

Overlevingskansen Joden in Limburg groter dan in rest land

Gijs van der Sanden Gijs van der Sanden,
22 March 2013 - 06:53
Betreft
Deel op
Waarom is er zo weinig bekend over de jodenvervolging in Limburg? Met die vraag dook historicus Herman van Rens (1946, geboren en getogen in Limburg) de archieven in, samen met zijn vrouw die hem ondersteunde bij zijn onderzoek. Vier jaar lang, twee dagen in de week. Soms leek het alsof ze de eersten waren die het archiefmateriaal onder ogen kregen. Gaandeweg, vertelt van Rens, begon op te vallen dat de vervolging van Joden in Limburg op bepaalde onderdelen anders was verlopen dan in de grote steden in het westen van het land. Hij promoveert aankomende vrijdag.

Waarin zat het verschil?
‘In een aantal provincies, zo is statistisch onderzocht, was de kans voor Joden om de oorlog te overleven groter dan in andere provincies. Limburg is daar één van, maar bijvoorbeeld ook Noord-Brabant en Utrecht. In mijn dissertatie toon ik aan dat de manier waarop arrestaties werden uitgevoerd daar een belangrijke rol in speelde – meer dan tot op het heden werd verondersteld. In Amsterdam bijvoorbeeld werd het merendeel van de Joden opgepakt in onaangekondigde razzia’s. Maar in Limburg werden de meeste arrestaties een dag van tevoren aangekondigd. Die vierentwintig uur gaf net de mogelijkheid om onder te duiken.’

En gebeurde dat ook vaak?
‘De helft van de Joden dook onder, blijkt uit mijn onderzoek. Men hoort vaak de mening verkondigen dat 75 procent van de Joden in Nederland als schapen naar de slachtbank ging. Recent onderzoek van de Leidse historicus Bart van der Boom heeft aangetoond dat de Joden niet gehoorzaamden uit gewilligheid of zelfs lafheid, maar dat zij een rationele keus maakten op basis van het feit dat zij onwetend waren over het lot dat hen in het oosten te wachten stond - de gaskamer in de meeste gevallen. Mijn onderzoek voegt daar nog een element aan toe. Veel Joden hadden eenvoudig niet de mogelijkheid om een keus te maken omdat zij door de Nederlandse politie meteen bij de oproep werden gearresteerd of omdat zij slachtoffer werden van een onaangekondigde razzia. Als zij die kans om een keus te overwegen wel hadden, zoals in Limburg, besloot de helft om onder te duiken.’

U vond ook verschillen binnen Limburg zelf.
‘In de ene stad besloot bijvoorbeeld 70 procent van de Joden onder te duiken, terwijl dat in een stad enkele kilometers verderop slechts 20 procent was. Dat roept vragen op. De arrestaties werden immers in het hele gebied op dezelfde manier georganiseerd. Mijn vrouw en ik zijn doorgedrongen op microniveau en vonden een antwoord in Ervin Staub’s concept society of enablement. In een besloten groep mensen kan een groepsmoraal ontstaan onder invloed van een kleine groep morele opinieleiders. Hun voorbeeld speelt een belangrijke rol. Op die manier kan hulp, evenals wegkijken, besmettelijk zijn.’

Welk verhaal, dat u tijdens uw onderzoek bent tegengekomen, is u specifiek bijgebleven?
‘Dat zijn er vele. Zoals het twintigjarige joodse meisje, dat ondergedoken zat bij een gezin uit Heerlen. Hun buurman was NSB’er – vermoedden ze – en zij waren altijd bang geweest dat hij hen zou verraden. In september 1944 - de oorlog is dan in Limburg voorbij - werd er op de deur geklopt. Het meisje was alleen thuis en deed doodsbang de deur open. “Ik ben Joods,” biechtte ze op tegen de man die in de deuropening stond. Die man bleek een Amerikaanse soldaat te zijn. “Ja,” zei hij. “Ik ook.”'

Hieronder een interview van TV Limburg met Herman van Rens over zijn onderzoek.

lees meer
website loading