Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Decaan Van Vree roept op tot overdracht culturele tradities
wetenschap

Decaan Van Vree roept op tot overdracht culturele tradities

Dirk Wolthekker Dirk Wolthekker,
5 September 2013 - 18:45
Onder het thema ‘Klassiek anno 2013’ heeft decaan Frank van Vree vanmiddag in debatcentrum De Rode Hoed het academisch jaar geopend aan de Faculteit der Geesteswetenschappen. ‘Kennis en begrip van de culturele erfenis zijn niet langer vanzelfsprekend, omdat we langzaam zijn afgesneden van de wortels daarvan,’ zei de decaan.

In zijn toespraak benadrukte Van Vree allereerst dat het nu begonnen academisch jaar een bijzonder jaar is voor de Faculteit der Geesteswetenschappen, die deze maand precies vijftien jaar bestaat, na een samenvoeging van de letteren-, theologie- en wijsbegeertefaculteit in 1998. ‘We zijn aangekomen in de laatste fase van het traject “Studiesucces”,’ zei Van Vree. ‘Dat houdt in dat we dit jaar het bindend studieadvies invoeren en dat vraagt om aandacht en commitment.’ Daarnaast zal de faculteit over zes jaar verhuizen naar het BG-terrein. Dat duurt nog even, maar die verhuizing zal vanaf dit studiejaar zijn schaduw vooruit werpen, want er zal nu al moeten worden nagedacht over aanpak en gevolgen, meent Van Vree. Al met al wordt het volgens Van Vree ‘een spannend jaar’, te meer daar de financiële situatie van de faculteit, die evenals andere faculteiten qua studentenaantallen flink in de lift zit, ‘minder rooskleurig is dan voorgaande jaren’.

Van Vree had ook nog een meer filosofische boodschap voor zijn gehoor. Hij refereerde in die boodschap aan een reis die hij enige jaren geleden maakte naar boeddhistische kloosters in Noord-India. ‘En hoewel de entourage en rituelen – de biddende monniken, de beelden, de kleuren en geuren – associaties opriepen met het traditionele katholicisme waarmee ik (nog net) ben opgegroeid, had ik natuurlijk geen idee waar dit alles echt over ging, wat die beelden en gebeden voorstelden, al had ik me toch redelijk voorbereid. Wat, bij gebrek aan werkelijk begrip, resteerde was vooral een esthetische ervaring.’

In zijn rede extrapoleerde Van Vree die constatering naar de huidige studentengeneratie. Zoals hij rondliep in de kloosters van India, ‘zo ongeveer zullen ontelbare jonge volwassenen – en zij niet alleen – in het Rijksmuseum, het Louvre of Boymans rondlopen. Schilderijen als Da Vinci’s Laatste Avondmaal zullen misschien nog enige belletjes doen rinkelen, maar dat geldt vast niet voor Rembrandts Jeremiah treurend over de verwoesting van Jeruzalem of Brueghels Toren van Babel. Let wel: dit is geen klaagzang over de oppervlakkigheid of onwetendheid van jongeren. Hun kennis en ervaringen stijgen in tal van opzichten uit boven die van vroegere generaties. Ze zijn letterlijk wereldwijzer en bewegen zich op heel andere, nieuwe domeinen, die zich bovendien uitstrekken tot andere culturen, door reizen en - vooral - via het web. Maar tegelijkertijd hebben deze kennis en ervaringen vaak een tamelijk hybride, gefragmentariseerd karakter.’

Waar we volgens Van Vree mee te maken hebben is ‘een fundamentele en onomkeerbare verandering in onze cultuur’. Van Vree: ‘Kennis en begrip van de culturele erfenis zijn niet langer vanzelfsprekend, omdat we langzaam zijn afgesneden van de wortels daarvan. Daarbij gaat het niet alleen om “feitelijke” kennis, maar ook om doorleefde ervaringen en de daarmee verbonden sentimenten.’ De decaan liet zijn gehoor weten ‘dat het voor ons allemaal een grote uitdaging moet zijn nieuwe wegen te vinden de rijke culturele erfenis voor jongere generaties toegankelijk maken’. ‘En als ik zeg: toegankelijk maken, doel ik minder op het overdragen van cultuur-historische kennis in feitelijke zin dan om iets te laten zien en voelen van de mentale werelden die met deze tradities zijn verbonden. Als we daar niet in slagen, dan zullen we bij het kijken en lezen nooit verder komen dan droge feitenkennis dan wel een puur esthetische beoordeling.’
website loading