'Het voordeel van al die fraudegevallen is dat methodologie nu hot is,' aldus hoogleraar methodologie Denny Borsboom tijdens een seminar van de UvA en Tilburg University over wetenschappelijke integriteit. 'Wie had dat kunnen voorzien?! Wij methodologen trokken aan een dood paard en nu komt dat paard ineens tot leven.' En dus zit de aula van de UvA aardig vol, met een opvallend jong publiek, al heeft dat wellicht niet alleen met het thema, maar ook met de schappelijke deelnameprijs van 25 euro voor een dagprogramma inclusief catering te maken.
De dag draait om de menselijkheid in het wetenschapsbedrijf onder het mom: wetenschappers zijn net mensen en mensen maken fouten. Dat die stellingname klopt, illustreert Jelte Wicherts, universitair hoofddocent in Tilburg. Hij
ontdekte met UvA-promovenda Marjan Bakker dat in ongeveer de helft van de publicaties over psychologie-experimenten een statistische fout staat. In zo'n vijftien procent van de gevallen zou (één van) de (deel)conclusies niet overeind blijven als de fout niet was gemaakt.
Niet verwonderlijk volgens Wicherts, als je kijkt naar de hang naar significante bevindingen. 'Wij belonen degenen die geluk hebben en significante bevindingen kunnen presenteren en publiceren.' Verder laat hij zien dat mensen eerder geneigd zijn vals te spelen wanneer ze het vermoeden hebben dat anderen dat ook doen en toont hij bovendien dat wetenschappers zichzelf gemiddeld integerder inschatten dan hun collega's.
Tromgeroffel
Ook
hoogleraar Melissa Anderson van de University of Minnesota benoemt een dergelijk mechanisme. Mensen die hun omgeving als competitief ervaren, zijn eerder geneigd te sjoemelen dan mensen die hun werkomgeving als coöperatief ervaren, blijkt uit haar onderzoek. En de wetenschap is nogal een competitieve aangelegenheid, waar een vaste aanstelling voor slechts een enkeling is weggelegd en mensen op hun prestaties worden beoordeeld. Anderson: 'Als mensen wakker liggen horen ze niet het gefluister van de integriteitscode, maar het tromgeroffel van competitie en druk in hun hoofd.'
Hoe te komen tot een open, gemeenschappelijk en eerlijk onderzoeksklimaat? Daar zijn de geleerden nog niet over uit, maar aan suggesties ontbreekt het niet vandaag. Anderson ziet een centrale rol weggelegd voor senior-onderzoekers die openheid en integriteit moeten uitdragen. Volgens haar kan dat in kleine dingen zitten, bijvoorbeeld in het bespreken van integriteitskwesties, het houden van rollenspellen over wangedrag of het aanmaken van een integriteitsgerelateerd paswoord voor de gemeenschappelijke dataopslag.
Hoogleraar John Ionnaidis, auteur van
Why most published research findings are false, het meest gedownloade artikel ooit, suggereert daarnaast een systeem waarin wetenschappers niet alleen worden beloond voor hun publicaties, maar ook voor het delen van hun data, de reproduceerbaarheid van hun bevindingen en voor het opzetten van grootschalige samenwerking.
Wordt vervolgd, bijvoorbeeld op de World Conference of Research Integrity.