De Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening uit 2004 van de Vereniging van Universiteiten (
VSNU) wordt op enkele punten aangepast. Dit heeft de VSNU vandaag bekendgemaakt.
De voornaamste wijziging is de toevoeging van een artikel met een bepaling over zelfcitatie zonder bronvermelding. Dat kan vanaf heden niet meer. Een andere aanpassing vormt het expliciteren van twee voor de hand liggende principes bij wetenschapsbeoefening: ‘eerlijkheid’ en ‘verantwoordelijkheid’.
Aanleiding van deze en andere aanpassingen zijn de rapporten van de commissies Bensing (briefadvies
Correct citeren), Algra (rapport
Vertrouwen in wetenschap) en Schuyt (rapport
Zorgvuldig en integer omgaan met wetenschappelijke onderzoeksgegevens).
De commissie-Bensing constateerde eerder dat er niets in de gedragscode stond over zelfcitatie en concludeerde dat er duiding nodig is bij het correct hergebruik van eerder gepubliceerde teksten, ideeën en onderzoeksresultaten. Aanleiding voor dat advies was de verwarring over het begrip ‘zelfplagiaat’ en de brede discussie die werd gevoerd over wat wel en niet toelaatbaar is bij hergebruik van eerder gepubliceerd materiaal. Het nieuwe artikel – artikel 1.5. – in de gedragscode luidt als volgt:
‘Een wetenschapsbeoefenaar zal geen (delen uit) eerder gepubliceerd eigen werk opnieuw publiceren als ware dit een nieuwe bijdrage aan de wetenschappelijke literatuur. Wanneer hij eerder gepubliceerde bevindingen opnieuw publiceert, zal hij dat door correcte bronvermelding of op andere in zijn vakgebied aanvaarde wijze duidelijk maken. Hergebruik zonder bronvermelding van korte teksten die al dan niet samen met coauteurs zijn gepubliceerd is binnen veel wetenschapsgebieden geoorloofd en zelfs gebruikelijk indien het gaat om korte passages in inleiding, theorievorming en methodebeschrijving.’
Het rapport van de KNAW-commissie Algra vormde de aanleiding tot een aanvulling van de gedragscode met twee principes. Aan de reeds bestaande principes zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, controleerbaarheid, onpartijdigheid en onafhankelijkheid worden de principes ‘eerlijkheid’ en ‘verantwoordelijkheid’ toegevoegd.
Opname van het principe ‘eerlijkheid’ houdt volgens de VSNU onder meer in dat de onderzoeker ‘geen overspannen claims’ mag doen ten aanzien van de resultaten van onderzoek, noch van de toepassing ervan: de onderzoeker moet open zijn over onzekerheidsmarges en andere begrenzingen van de geldigheid van de conclusies.
Het principe ‘verantwoordelijkheid’ houdt in dat de wetenschapper aanspreekbaar is op de keuze van onderzoeksthema’s en bereid en in staat is die keuze en de daarbij behorende werkwijze te verdedigen en te beargumenteren als belangwekkend en relevant.
Het is de tweede keer sinds 2004 dat de Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening wordt herzien. Zie
hier voor de hele herziene gedragscode.