Tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie, in de eerste helft van 2016, zullen de Europese regeringsleiders een top houden om te spreken over de leefbaarheid van grote steden. Om deze EU-top luister bij te zetten organiseert de Hogeschool van Amsterdam de internationale conferentie Design & the City. De centrale vraag is hoe de inzet van digitale technologieën het stedelijk leven op sociaal, cultureel en politiek gebied kan verbeteren.
‘Een van de beloftes van digitalisering is dat burgers steeds meer betrokken worden bij het runnen van de stad,’ zegt Martijn de Waal (onderzoeker Urban Media & Citizen Empowerment bij de Hogeschool van Amsterdam), die het congres Design & The City organiseert.
‘Burgers richten bijvoorbeeld energiecoöperaties op,’ zegt hij. Deze coöperaties, die bedoeld zijn om goedkopere en duurzame energie te gebruiken, kunnen makkelijk zelf worden opgezet door slim gebruik te maken van digitale technologie, aldus De Waal.
Een ander voorbeeld van het gebruik van nieuwe technologie om de stad schoner te maken is de slimme thermostaat. Dit is een thermostaat die de binnentemperatuur kunnen aanpassen op de buitentemperatuur, of thermostaten waarmee je je verwarming op afstand kunt bedienen.
‘Citizen empowerment’
Maar volgens De Waal blijkt het soms lastig om deze initiatieven op te zetten en draaiende te houden. Hoe kun je burgers leren om van digitale technologie gebruik te maken om zo bij te dragen aan een schonere, of veiligere stad? Het bijbrengen van deze vaardigheden noemen de organisatoren van de conferentie ‘citizen empowerment’.
Onderdeel van die zogenoemde citizen empowerment is ook dat burgers meer kennis krijgen van de mogelijkheden van digitale technologie. Door die kennis zouden ze sneller gebruik kunnen maken van al die technologieën die het leven in de stad kunnen verbeteren.
Door een gebrek aan kennis is er vaak onzekerheid, en aarzelen burgers om van de nieuwe technologie gebruik te maken. ‘Als mensen een slimme thermostaat in hun woonkamer hebben, wie krijgt dan de gegevens: is dat Apple, Google, de energiemaatschappij, of de burger zelf?’ aldus De Waal.
Designers
Dit soort vragen moet volgens De Waal onder meer worden beantwoord door ‘designers’: een soort planologen en technici in een. ‘Je ziet dat designers een nieuwe rol op zich nemen als adviseur, campagnemaker en organisator,’ zegt De Waal. Deze designers zullen op de conferentie aanwezig zijn om hun ervaring uit te wisselen met wetenschappers en beleidsmakers.
Onder meer Dietmar Offenhuber, onderzoeker van de Amerikaanse universiteit Northeastern University zal op de conferentie spreken. Ook Kristien Ring, auteur van de boeken Self Made City, en Urban Living – Strategies for the Future zal spreken, net als Matthijs Bouw, van het bedrijf One Architecture. Hij is betrokken bij The Hackable City, een onderzoeksproject in de Amsterdamse wijk Buiksloterham naar de rol van digitale media in gebiedsontwikkeling.