Don’t wanna miss anything?
Please subscribe to our newsletter
actueel

Sebastiaan van de Water Sebastiaan van de Water,
31 March 2016 - 07:32
Foto: Sebastiaan van de Water

Binnen een kwartier komt de eerste loper weer om de hoek om hollen. Het is HvA-alumnus Renyo Tielsema (25). Hij blijkt al op de Bata-lijst te staan. Jammer. Aan de andere kant: met een tijd van 15:16 demonstreert hij in elk geval in topvorm te zijn.  De eerste vrouw komt drie minuten later binnen. Ene Natasja. Natasja Janssen. Niet iedereen herkent haar. Wie is zij? Studeert ze? Zou ze... zou ze mee willen doen aan de Bata?

 

Maar ze is geen student meer, zegt ze. Ze liep de Batavierenrace ooit, toen ze nog in Enschede studeerde. Maar ja, nu mag ze niet meer mee doen.

 

‘We hebben er eentje!’

Maar niet iedereen neemt genoegen met die snelle afzegging. Wat doet ze nu dan voor de kost? Docent misschien? ‘Ik ben PhD-student’ geeft ze toe. ‘Wacht, die mogen dit jaar ook meedoen aan de Bata!' roept iemand. Bart van Trigt van het Bata-team krijgt het goede nieuws te horen. ‘Yes, we hebben er eentje!’

‘We hebben een heel sterk team, we kunnen voor de eerste plaats gaan’

Onmiddellijk gaat Bart naar Natasja toe. Als hij met dezelfde vastberadenheid meisjes in de supermarkt zou aanspreken zou hij een telefoonboek kunnen beginnen. Maar nu is het sympathiek, want hij doet het voor een groter doel.

 

‘Hey gefeliciteerd, zou jij voor het Bata-team Amsterdam willen lopen?’

‘Hey, eh nou de kans is klein. Mijn oma viert dat weekend haar negentigste verjaardag. Het wordt een groot feest.’

‘Wanneer begint dat feest dan precies?’

‘Zaterdagavond...’

‘Aha! Dan kunnen we je dus inroosteren op zaterdagochtend. Dan ben je ruim op tijd klaar. Wat is je telefoonnummer?’

‘Ik schrijf mijn e-mail wel op, oké?’

‘Ja is goed, als je me dan morgen een foto van je PhD-kaart kan sturen, die hebben we snel nodig om je in te schrijven. Wat is je voorkeur, wil je 's nachts rennen?’

‘Ehh, nou ja, ik moet er nog even over nadenken.’

‘We hebben een heel sterk team, we kunnen voor de eerste plaats gaan.’

‘Echt waar?’

‘Ja, zeker nu jij meedoet. We zijn er blij mee. Stuur ons snel die kaart, dan kunnen we het regelen.’

‘Haha oké, maar nogmaals, de kans is klein.’

‘Nee. De kans is groot!’ reageert Bart. Om daar later, terwijl Natasja ergens anders staat, aan toe voegen: ‘Ze heeft toch haar nummer opgeschreven. Ik ga haar morgenochtend gewoon bellen. Geen idee of ze het gaat doen. Maar ja, gewoon proberen hè.’

website loading