Don’t wanna miss anything?
Please subscribe to our newsletter
‘Sinds mei 2016 zijn we bezig om dit met de examencommissie te bespreken. Er zou een vergadering komen, maar daar hebben wij nooit meer iets over gehoord’

De examencommissie en haar leden zijn niet te bereiken voor commentaar, maar zijn volgens de Facultaire Studentenraad (FSR) van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van 2015/2016 wel op de hoogte van de dubbele functie.

 

Hoewel de commissie volgens de studentenraad op de hoogte is van de onverenigbaarheid van deze functies vinden zij het van groter belang dat er een docent van notarieel recht in de commissie zit. Onacceptabel, vindt de studentenraad. ‘De commissie wekt de indruk dat er een belangenafweging gemaakt moet worden, terwijl de regel helemaal geen ruimte geeft voor een dergelijke afweging,’ aldus Lucas Wolthuis Scheeres van de vorige FSR.

 

Sinds de leden van de raad er afgelopen jaar achter kwamen dat de samenstelling van de examencommissie onrechtmatig is proberen zij dit op te lossen. ‘Sinds mei 2016 zijn we bezig om dit met de examencommissie te bespreken. Alhoewel ze hebben toegegeven dat de functies van twee van hun leden onverenigbaar zijn en dat dit niet de bedoeling is, lijkt er maar weinig te veranderen. Er zou een vergadering komen, maar daar hebben wij nooit meer iets over gehoord.’

 

Vernietigbare besluiten

Studenten die vorig jaar zijn afgestudeerd, hoeven ondanks de onjuist samengestelde examencommissie niet te vrezen voor de waarde van hun diploma. Enkel de besluiten waarbij studenten kunnen aanvoeren dat de examencommissie partijdig of niet onafhankelijk was, kunnen vernietigd worden. Welke besluiten dit mogelijk zouden kunnen zijn is de facultaire studentenraad nog aan het uitzoeken.

 

Geen van de leden van de betreffende examencommissie was beschikbaar voor commentaar.

 

Update 16 september 2016 11.45 uur

In een uitgebreide schriftelijke reactie laat het faculteitsbestuur van de rechtenfaculteit weten dat Suzanne Mol-Verver vlak na haar aantreden als opleidingsdirecteur is vertrokken uit de examencommissie en dat dit niet in strijd is met de UvA-regels.

 

Wat betreft het andere lid, Barbara Reinhartz, stelt de rechtenfaculteit inderdaad dat dit afwijkt van de UvA-Handreiking, maar dat dit juist in het belang is van de studenten aangezien zij de enige is met de nodige expertise op het gebied van notarieel recht. Volgens de rechtenfaculteit dragen haar opleidingsdirecteuren bovendien geen financiële verantwoordelijkheid, waardoor zij weliswaar handelde in strijd met UvA-regels, maar niet in strijd met de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek. In een eerdere versie van dit artikel werd dat wel beweerd.

website loading