‘We dachten van tevoren dat we deze wedstrijd konden winnen,’ biecht HvA-student Aviation Emiel van Osch (21) op. Hij is een van de weinige spelers die zin heeft om na afloop de pers te woord te staan. De sfeer is anders dan begin 2016. Toen won Ascrum, een divisie lager, praktisch elke wedstrijd. Openlijk fantaseerde men over vergelijkbare overwinningen in de ereklasse.
Die blijven echter uit en Ascrum staat vooralsnog laatste. Tegen The Bassets laten de studenten bij vlagen goed spel zien, maar op de beslissende momenten lopen de bezoekers dwars door de verdediging van Ascrum heen. ‘We waren in de tackles niet fel genoeg,’ analyseert Emiel.
Het beest van de Kaukasus
De Schotse trainer van Ascrum, Keith Muirhead (56), weet wat er ontbreekt. Hij wijst naar een speler van de tegenstander. Günther, die als bijnaam ‘het beest van de Kaukasus’ heeft. Heel goed rugyben kan Günther niet, maar met zijn 120 kilo symboliseert hij het probleem waar Ascrum dit jaar tegen aanloopt.
‘We missen kilo’s,’ aldus de trainer. ‘Andere ploegen hebben meer massa. Bij mijn vorige club kon ik elke wedstrijd zeggen: “Gooi de beuk er maar in,” en dan kwam het goed. Maar hier moeten we ons kilo-gebrek compenseren met constante focus, positiespel, goede balbehandeling, felle tackles, noem maar op. Maar als promovendus is dat zo makkelijk niet.’
Is Ascrum dan gewoon te groot voor het servet, te klein voor het tafellaken en gedoemd om volgend jaar weer alles te winnen in de eerste klasse?
Nee, zegt alles en iedereen bij Ascrum. ‘Er is nog niets verloren,’ vindt bestuurslid Maurits Oostenbroek. ‘In februari begint de tweede fase van de competite. Dan strijden de zes onderste ploegen onderling tegen degradatie. Iedereen begint weer op nul. Dán gaat het er echt om spannen. Tot die tijd moeten we vooral ons niveau verbeteren. En dat lukt aardig. We spelen duidelijk beter dan twee jaar terug. Veel wedstrijden eindigen heel close. Nou ja, alleen vandaag niet echt.’