Broodje aap?
De student onderwijskunde besluit zijn relaas met een boude bewering. ‘Ik hoorde onlangs dat padel in Spanje al populairder is dan tennis. Het is daar nu de tweede sport achter voetbal.’ Het lijkt een broodje aap-verhaal. Spanje is een tradtioneel tennisland en een geboorteplaats van vele gravelkoningen.
Het is in ieder geval niet te ontkennen dat padel en tennis zich in elkaars vaarwater begeven. Wie naar padel kijkt, ziet vier spelers met elk een racket, die om beurten een geel, stuiterend balletje over een net slaan. Zelfs de puntentelling is identiek aan tennis.
‘Het belangrijkste verschil is de kooi rondom het veld,’ zegt HvA-student Human Resources Management Jim van Nieuwkerk (23). ‘De bal mag één keer tegen het hek of het glas stuiteren. Daardoor krijg je veel meer rally’s. Dat is de reden dat iedereen bij Chip & Charge [de studententennisvereniging, red.], zo enthousiast is over padel.’
Padel-haters blijken inderdaad zeldzaam, zo leert een vragenrondje op het terras naast de banen. Tennis, erkennen zelfs de grootste tennisliefhebbers, is een sport met nadelen. Een wedstrijd duurt lang en bestaat vooral uit ballen rapen, wachten en serveren. Leuke rally’s zijn uitzonderlijk. ‘Bij padel geldt het omgekeerde. Bovendien is het makkelijk te leren. Ik heb een hekel aan sporten waar ik niet goed in ben, maar padel vond ik binnen een uur echt leuk,’ zegt Chip-penningmeester Charlotte. ‘Wist je trouwens dat in Spanje de sport nu populairder is dan tennis zelf?’
Alweer dat broodje aap-verhaal. Of toch niet? De cijfers bieden uitkomst. Ze bevestigen zowaar dat in Spanje padel inderdaad tennis voorbij is gestreefd. Of dat in Nederland ook gaat gebeuren is afwachten, maar met vijftig banen, en alom enthousiaste reacties, lijkt cynisme dit keer niet gerechtvaardigd. Zeker is dat padel de categorie bulletball inmiddels is ontstegen.