We waren feedbackloos tijdens de nakijkstaking van vorig jaar, toen opgebrande junior-docenten van de faculteit Maatschappij & Gedrag weigerden werken van studenten te beoordelen om betere werkomstandigheden te eisen. Toen we het essay terugkregen dat we twee maanden eerder hadden ingeleverd, opende ik gretig het dossier. Er stonden drie opmerkingen in de kantlijn van mijn document. Mijn vriend had er vier. We begrepen het. Tegen die tijd wisten we alles over de toestroom van internationale studenten en de onbeheersbare werkdruk voor docenten.
Als ik het eerder had geweten, toen ik nog overwoog waar ik ging studeren, was ik misschien ergens anders heen gegaan. Ergens waar alle studenten in één collegezaal passen en discussiegroepen kleiner en levendiger zijn. Dit jaar heeft de UvA tegen aankomende studenten gezegd dat ze hun studie moeten heroverwegen als ze niet op tijd woonruimte vinden. Ook debatteert het bestuur over een numerus fixus voor Engelse programma's.
Voor veel internationale studenten betekent in het land van herkomst blijven achterblijven. De toegankelijkheid van een kwaliteitsinstelling als de Universiteit van Amsterdam kan een springplank zijn in hun leven. Het afsluiten van die weg laat hen achter met een wereld van weinig alternatieven. Een snelle blik op de post-Brexit-universiteitstarieven volstaat.
Waar moet je heen, behalve naar Nederland, als je een goede universiteit met Engelstalige programma’s wilt bezoeken? Zoals mijn docent onderzoeksmethode misschien zou zeggen: ‘Het meten van de wereld en het meten van de UvA levert onverenigbare resultaten op.’
Céline Zahno is politicologiestudent aan de UvA en afkomstig uit Zwitserland. Dit is haar eerste column voor Folia.