Ook vreemd: de UvA neemt geen moeite om het voorbeeld van andere universiteiten zoals Harvard en de Erasmus Universiteit te volgen. Deze en andere eveneens ‘seculiere’ instellingen kennen wel stilteruimtes.
Een ander vaak gehoord argument is dat studenten die behoefte hebben aan een stilteruimte beter naar de VU kunnen gaan. Dat is gek. Want waarom zou de UvA minder te bieden willen hebben dan de Vrije Universiteit? Het is niet verwonderlijk dat er procentueel meer studenten met een migratieachtergrond naar de VU gaan. Dat is een gemiste kans, omdat de UvA zegt ook diversiteit na te streven. Waarom propageert de UvA dit, maar voegt zij vervolgens niet de daad bij het woord? Je kunt als universiteit niet steeds diversiteit alleen als marketingterm gebruiken en vervolgens geen condities creëren die dat waarmaken.
Tweederangsburgers
De UvA faciliteert culturele centra zoals Crea, investeert miljoenen in sportfaciliteiten en stopt ook een hoop geld in studieverenigingen. Een deel van dat geld voor studieverenigingen en studentenraden wordt ook gebruikt om bier te drinken, op constitutieborrels bijvoorbeeld. De UvA maakt dit mede mogelijk, omdat zij heel goed heeft begrepen dat studeren veel meer is dan alleen in de collegebanken zitten
Wie een inclusieve gemeenschap voorstaat, kan echter geen borrels voor de ene groep studenten financieren en een andere groep studenten voorhouden dat hun behoefte om op een andere manier te ontspannen niet wordt ingewilligd omdat het een seculiere of openbare universiteit betreft. Een inclusieve academische gemeenschap kan zich niet permitteren om een deel van haar studenten het gevoel te geven dat ze er niet bij horen. Studenten met een religieuze achtergrond of spirituele behoeften horen geen tweederangsburgers te zijn aan de Universiteit van Amsterdam.
Al een tijdje is er kritiek op de eenzijdige focus op rendement in het wetenschappelijk onderwijs. Ook in deze discussie zou het goed zijn als de UvA beter naar haar critici luisterde.
De academische gemeenschap verdient namelijk meer dan een eenzijdige focus op cijfers, papers en tentamens.
Naast een biertje en een theatervoorstelling moet er ruimte zijn voor stilte en bezinning. Want in stilte ontstaan, net als bij constitutieborrels, af en toe wonderen.