Het Nederlandse bedrijfsleven heeft de voorkeur voor Amsterdam als gaststad voor de Olympische Spelen van 2028, blijkt uit een rapport van adviesbureau Deloitte. Een opsteker voor de voorstanders van de Amsterdamse Olympische ambitie, zoals HvA-lector Cees Vervoorn.
Het Olympisch Vuur, de club die de organisatie van de Nederlandse kandidatuur op zich heeft genomen, neemt komende zomer een beslissing over de kandidaatstad. Uit het rapport blijkt dat de overheid meer risico loopt als Rotterdam de kandidaatstaat wordt.
Tegenover de NOS laat onderzoeker Jurrién Veldhuizen van Deloitte Vastgoed weten dat het bedrijfsleven enorm enthousiast is over het Olympisch Plan. Opvallend, want eerder dit wees onderzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport uit dat slechts 41 procent van de Nederlandse bevolking voor de organisatie van de Spelen is. Een probleem voor de voorstanders, want de Spelen zijn nog nooit toegewezen aan een land met minder dan zeventig procent draagvlak onder de bevolking.
Volgens Cees Vervoorn, lector topsport aan de HvA en binnen de Sportraad Amsterdam betrokken bij het Olympisch plan 2028, moet dat percentage uiteindelijk op 75 procent uitkomen. ‘Daar hebben we nog tien jaar voor,’ zei Vervoorn in maart van dit jaar in Havana (pdf). In 2016 moet Nederland beslissen of het een bid uitbrengt, in 2021 wordt vervolgens besloten welk land de Spelen krijgt toegewezen. Het animo om de Spelen te organiseren wordt daarom de komende jaren structureel gemeten onder ruim 2600 Nederlanders.
Voor Vervoorn en andere voorstanders van de organisatie is er daarom nog heel wat werk aan de winkel. Het is zijn ultieme droom Nederland honderd jaar na 1928 opnieuw de Spelen te laten organiseren. Daarom wil Vervoorn de informatievoorziening verbeteren. ‘Mensen die weinig over de implicaties van de komst van de Spelen weten, zijn geneigd tegen te stemmen.’ Volgens de voorstanders zijn de Spelen goed voor Nederland. Niet alleen op het gebied van sport, maar ook op het gebied van economie
Zo ziet Vervoorn een belangrijke rol weggelegd voor het hoger onderwijs in de stad. ‘We hebben in Amsterdam 150.000 studenten. We moeten sport daar veel meer in laten opgaan. Door stages, onderwijs en onderzoek.’ De hoofdstad heeft hij in elk geval al aan zijn kant. 68 procent van de inwoners steunt de kandidatuur. Onder de Amsterdammers zijn de Spelen populairder dan elders in het land. Daar vinden ze het vooral verspilling van belastinggeld. Verder wijzen tegenstanders erop dat de sportvoorzieningen na de Spelen ongebruikt blijven.
Het Olympisch Vuur, de club die de organisatie van de Nederlandse kandidatuur op zich heeft genomen, neemt komende zomer een beslissing over de kandidaatstad. Uit het rapport blijkt dat de overheid meer risico loopt als Rotterdam de kandidaatstaat wordt.
Tegenover de NOS laat onderzoeker Jurrién Veldhuizen van Deloitte Vastgoed weten dat het bedrijfsleven enorm enthousiast is over het Olympisch Plan. Opvallend, want eerder dit wees onderzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport uit dat slechts 41 procent van de Nederlandse bevolking voor de organisatie van de Spelen is. Een probleem voor de voorstanders, want de Spelen zijn nog nooit toegewezen aan een land met minder dan zeventig procent draagvlak onder de bevolking.
Volgens Cees Vervoorn, lector topsport aan de HvA en binnen de Sportraad Amsterdam betrokken bij het Olympisch plan 2028, moet dat percentage uiteindelijk op 75 procent uitkomen. ‘Daar hebben we nog tien jaar voor,’ zei Vervoorn in maart van dit jaar in Havana (pdf). In 2016 moet Nederland beslissen of het een bid uitbrengt, in 2021 wordt vervolgens besloten welk land de Spelen krijgt toegewezen. Het animo om de Spelen te organiseren wordt daarom de komende jaren structureel gemeten onder ruim 2600 Nederlanders.
Voor Vervoorn en andere voorstanders van de organisatie is er daarom nog heel wat werk aan de winkel. Het is zijn ultieme droom Nederland honderd jaar na 1928 opnieuw de Spelen te laten organiseren. Daarom wil Vervoorn de informatievoorziening verbeteren. ‘Mensen die weinig over de implicaties van de komst van de Spelen weten, zijn geneigd tegen te stemmen.’ Volgens de voorstanders zijn de Spelen goed voor Nederland. Niet alleen op het gebied van sport, maar ook op het gebied van economie
Zo ziet Vervoorn een belangrijke rol weggelegd voor het hoger onderwijs in de stad. ‘We hebben in Amsterdam 150.000 studenten. We moeten sport daar veel meer in laten opgaan. Door stages, onderwijs en onderzoek.’ De hoofdstad heeft hij in elk geval al aan zijn kant. 68 procent van de inwoners steunt de kandidatuur. Onder de Amsterdammers zijn de Spelen populairder dan elders in het land. Daar vinden ze het vooral verspilling van belastinggeld. Verder wijzen tegenstanders erop dat de sportvoorzieningen na de Spelen ongebruikt blijven.
