De zwaarste col tijdens het Nederlands studentenkampioenschap wielrennen, zondag in Zevenhuizen, betrof een bruggetje over een sloot. Toch slaagden UvA-studenten Niels Ruijter en Koos van Dam erin om deze laatste koers van het jaar een bikkelharde wedstrijd te maken. Tot hun eigen spijt, bleek in de finale.
Tweehonderd meter voor de finish komt bij Niels Ruijter (21) het besef. Hij heeft een fatale fout gemaakt.
Het NSK wielrennen is nog jong, als na twee voorzichtige openingsrondjes van 4,8 kilometer rondom de Willem-Alexander-roeibaan, het eerste cruciale moment van de race zich aandient. Niels ziet twee sterke renners uit het peloton demarreren. Moet hij er achteraan? Nu al? Ruim tien rondes voor het einde?
Gesterkt door zijn palmares, maakt de hoogblonde UvA-student natuur- en sterrenkunde een dappere keuze. 2018 is zijn jaar. Hij won vier koersen en dwong daarmee voor volgend jaar een transfer af naar een wielerteam op nationaal eliteniveau. Dit NSK is dus tevens zijn laatste race voor zijn studenteploeg Skits. Hij wil afscheid nemen met een bang.
Bovendien hebben eerder op de dag drie rijdsters van Skits het goede voorbeeld gegeven door bij de ‘funklasse dames’ plek één, twee én drie te bemachtigen.
De gehele vierde ronde lang zien toeschouwers Niels en zijn witte fiets bungelen tussen een jagend peloton en een doorpompende kopgroep. Zoals de omroeper het met sadistisch genoegen zegt: ‘Een chasse patate, dames en heren’. Een ronde later rijdt Niels weer in het peloton.
Daarna is het de beurt aan Niels’ ploeggenoot Koos van Dam (24). De UvA-student geneeskunde weet dankzij een indrukwekkende krachtinspanning samen met een andere renner de kopgroep wél te bereiken.
Als Koos het kan, dan kan ik het toch zeker ook, denkt Niels. De hardrijder waagt een nieuwe poging en overbrugt dit keer, met drie anderen, knap de afstand naar het voorste viertal.
Tactisch plan
Met in totaal acht man stevent de kopgroep onbedreigd op de eindstreep af. De twee UvA-studenten bedenken een tactisch plan. ‘Nou ja, dat hield in dat ik de sprint voor Niels zou aantrekken,’ legt Koos na afloop uit.
Maar op het moment suprême, twee honderd meter voor de finish, terwijl de DJ de tune van Radio Tour de France al heeft ingezet, merken zowel Niels als Koos dat hun benen niet meer van spieren en pezen zijn gemaakt, maar van een soort puddingvulling.
‘Ik voelde het meteen, zodra ik wilde aanzetten. Er zat geen kracht meer in,’ vertelt Niels, vlak nadat hij met een zuur gezicht als zesde over de meet is gerold. ‘Die totaal onnodige inspanning in het begin heeft me opgebroken. Ik ben zeker teleurgesteld ja. Ik had beter moeten weten.’
Het gezicht van Koos staat, ondanks de teleurstellende finale, pijnlijke benen, en opgedroogde zoutplekken op zijn wangen, helemaal niet op onweer. ‘Ik ben al blij met een top tien-plek. En ik vertrek binnenkort naar Australië voor een wetenschappelijke stage. Ik zal dus drie zomers op rij gaan beleven. Niet slecht hè?’