Het College van Bestuur was vanochtend op visite bij de Faculteit der Geesteswetenschappen. Rector Dymph van den Boom kreeg in zaal 1.04 van het P.C. Hoofthuis veel kritiek op het profileringsrapport waarin met naam en toenaam genoemde opleidingen staan die niet tot een UvA-onderzoeksprofiel behoren en daarom slechts onder voorwaarden worden gehandhaafd.
Het CvB maakt in het kader van het Instellingsplan 2011-2014 Oog voor talent een toer langs alle faculteiten om het plan toe te lichten. In het plan, dat elke universiteit in Nederland wettelijk moet maken, is verwoord wat de plannen zijn van de universiteit voor de komende jaren.
Schraplijst
Maar gezien de commotie die er op de faculteit is ontstaan over het profileringsrapport, ging de discussie met Dymph van den Boom vooral over het hoe en waarom van het mogelijk verdwijnen – althans zo wordt dat door vrijwel iedereen geïnterpreteerd – van een aantal bachelor- en masteropleidingen aan de faculteit, daaronder wijsbegeerte, theaterwetenschap, religiestudies, geschiedenis. Het lijstje mogelijk te verdwijnen opleidingen wordt in de wandelgangen al ‘de restlijst’ of ‘de schraplijst’ genoemd.
‘Maar het is geen rest- of schraplijst. Ik wil de lijst juist expres geen kwalificatie geven,' zei Van den Boom. 'Waar het om gaat is dat het van die opleidingen minder evident is hoe ze precies passen binnen het onderzoek en onderwijs aan de UvA.’ De universiteit heeft zeven onderzoeksthema’s geformuleerd en de genoemde opleidingen passen daar niet bij. Van den Boom raadde opleidingen die op de lijst staan aan ‘met argumenten te komen’ waarom hun opleiding toch moet worden opgenomen in een van de onderzoeksprofielen. Als zij daartoe in staat zijn is het volgens haar geen gelopen race dat de opleidingen verdwijnen.
Teleurstellend
Hoe het CvB de lijst heeft samengesteld, is een vraag die de hele facultaire werkvloer inmiddels bezighoudt. Van den Boom liet doorschemeren dat daarover uitgebreid is gepraat binnen allerlei UvA-gremia zoals de Universitaire Commissie Onderwijs en de Universitaire Onderzoekscommissie, maar dat kon niet verhullen dat de zaal met vragen bleef zitten. Zo zei hoogleraar Beate Roessler (wijsbegeerte) het profileringsrapport ‘zeer teleurstellend’ te vinden. ‘Kennelijk kan er nog over gepraat worden, maar het rapport is nu al wel in de openbaarheid gekomen. Wij krijgen van studenten nu al de vraag of de master wijsbegeerte soms een irrelevante opleiding is.’
Het CvB maakt in het kader van het Instellingsplan 2011-2014 Oog voor talent een toer langs alle faculteiten om het plan toe te lichten. In het plan, dat elke universiteit in Nederland wettelijk moet maken, is verwoord wat de plannen zijn van de universiteit voor de komende jaren.
Schraplijst
Maar gezien de commotie die er op de faculteit is ontstaan over het profileringsrapport, ging de discussie met Dymph van den Boom vooral over het hoe en waarom van het mogelijk verdwijnen – althans zo wordt dat door vrijwel iedereen geïnterpreteerd – van een aantal bachelor- en masteropleidingen aan de faculteit, daaronder wijsbegeerte, theaterwetenschap, religiestudies, geschiedenis. Het lijstje mogelijk te verdwijnen opleidingen wordt in de wandelgangen al ‘de restlijst’ of ‘de schraplijst’ genoemd.
‘Maar het is geen rest- of schraplijst. Ik wil de lijst juist expres geen kwalificatie geven,' zei Van den Boom. 'Waar het om gaat is dat het van die opleidingen minder evident is hoe ze precies passen binnen het onderzoek en onderwijs aan de UvA.’ De universiteit heeft zeven onderzoeksthema’s geformuleerd en de genoemde opleidingen passen daar niet bij. Van den Boom raadde opleidingen die op de lijst staan aan ‘met argumenten te komen’ waarom hun opleiding toch moet worden opgenomen in een van de onderzoeksprofielen. Als zij daartoe in staat zijn is het volgens haar geen gelopen race dat de opleidingen verdwijnen.
Teleurstellend
Hoe het CvB de lijst heeft samengesteld, is een vraag die de hele facultaire werkvloer inmiddels bezighoudt. Van den Boom liet doorschemeren dat daarover uitgebreid is gepraat binnen allerlei UvA-gremia zoals de Universitaire Commissie Onderwijs en de Universitaire Onderzoekscommissie, maar dat kon niet verhullen dat de zaal met vragen bleef zitten. Zo zei hoogleraar Beate Roessler (wijsbegeerte) het profileringsrapport ‘zeer teleurstellend’ te vinden. ‘Kennelijk kan er nog over gepraat worden, maar het rapport is nu al wel in de openbaarheid gekomen. Wij krijgen van studenten nu al de vraag of de master wijsbegeerte soms een irrelevante opleiding is.’
