De rechter besloot vanmorgen dat de langstudeermaatregel van het (demissionaire) kabinet niet in strijd is met rechtszekerheid en de toegankelijkheid van het hoger onderwijs. De voorzitters van de studentenorganisaties, die de staat aanklaagden, zijn teleurgesteld, al heerst er een voorzichtige vrolijkheid vanwege de uitzondering voor een groep deeltijdstudenten. De rechter oordeelde dat er voor hen een passende overgangsmaatregel moet worden getroffen.
Thijs van Reekum van het Interstedelijk Studentenoverleg (ISO) zegt de uitspraak 'erg jammer te vinden voor studenten', maar blijft hoopvol: 'Er is inmiddels een politieke minderheid voor de boete. We zullen het onderwerp ook na de verkiezingen op de agenda blijven zetten.' Jan Boers van de Landelijke Kamer van Verenigingen (LKvV) stelt: 'De boete is voor onze achterban een flinke drempel voor hun persoonlijke ontwikkeling naast de studie. Je krijgt een tweedeling in de samenleving: studenten die het zich financieel kunnen veroorloven om een bestuursjaar te doen of naar het buitenland te gaan en studenten die dat niet kunnen.' Kai Heijneman van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) roept de politiek op om de maatregel alsnog terug te draaien: 'Er is nergens meer draagvlak voor te vinden.'
Asva-voorzitter Eline Peters is het niet met de rechter eens: 'Ik ben teleurgesteld, maar in ieder geval weten we nu dat er geen rechtelijke gronden zijn om de maatregel te verbieden. Het kleine succesje dat we behaalden met de deeltijdstudenten is wel mooi.' Ook zij is nog steeds strijdbaar: 'We hebben het afgelopen jaar hard gewerkt en geprotesteerd tegen de boete. Inmiddels is er nauwelijks politiek draagvlak meer voor deze rare maatregel. Ik hoop dat politieke partijen eerlijk zijn en de maatregel direct terugdraaien, zodat er niet een groep studenten ontstaat die twee jaar moeten betalen voordat de boete weer afgeschaft wordt.'
Nikolai Jacobs van studentenpartij mei voegt hieraan toe dat de uitspraak een slechte zaak is voor de besluitvorming op de universiteit. 'Het gaat hier om essentiële dingen als opleidingscommissies en studieverenigingen. We zagen bij de vorige medezeggenschapsverkiezingen al dat minder studenten zich beschikbaar stellen voor bestuursfuncties, uit angst voor de hoge kosten van uitloop.'
Freek Manche, woordvoerder van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, noemt het vonnis van de rechter helder. 'De maatregel is juridisch houdbaar gebleken. We hadden al een compensatie geregeld voor de groep deeltijders, maar de rechter heeft nu besloten dat we hen helemaal moeten uitzonderen en wij leggen ons hier bij neer.'
Thijs van Reekum van het Interstedelijk Studentenoverleg (ISO) zegt de uitspraak 'erg jammer te vinden voor studenten', maar blijft hoopvol: 'Er is inmiddels een politieke minderheid voor de boete. We zullen het onderwerp ook na de verkiezingen op de agenda blijven zetten.' Jan Boers van de Landelijke Kamer van Verenigingen (LKvV) stelt: 'De boete is voor onze achterban een flinke drempel voor hun persoonlijke ontwikkeling naast de studie. Je krijgt een tweedeling in de samenleving: studenten die het zich financieel kunnen veroorloven om een bestuursjaar te doen of naar het buitenland te gaan en studenten die dat niet kunnen.' Kai Heijneman van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) roept de politiek op om de maatregel alsnog terug te draaien: 'Er is nergens meer draagvlak voor te vinden.'
Asva-voorzitter Eline Peters is het niet met de rechter eens: 'Ik ben teleurgesteld, maar in ieder geval weten we nu dat er geen rechtelijke gronden zijn om de maatregel te verbieden. Het kleine succesje dat we behaalden met de deeltijdstudenten is wel mooi.' Ook zij is nog steeds strijdbaar: 'We hebben het afgelopen jaar hard gewerkt en geprotesteerd tegen de boete. Inmiddels is er nauwelijks politiek draagvlak meer voor deze rare maatregel. Ik hoop dat politieke partijen eerlijk zijn en de maatregel direct terugdraaien, zodat er niet een groep studenten ontstaat die twee jaar moeten betalen voordat de boete weer afgeschaft wordt.'
Nikolai Jacobs van studentenpartij mei voegt hieraan toe dat de uitspraak een slechte zaak is voor de besluitvorming op de universiteit. 'Het gaat hier om essentiële dingen als opleidingscommissies en studieverenigingen. We zagen bij de vorige medezeggenschapsverkiezingen al dat minder studenten zich beschikbaar stellen voor bestuursfuncties, uit angst voor de hoge kosten van uitloop.'
Freek Manche, woordvoerder van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, noemt het vonnis van de rechter helder. 'De maatregel is juridisch houdbaar gebleken. We hadden al een compensatie geregeld voor de groep deeltijders, maar de rechter heeft nu besloten dat we hen helemaal moeten uitzonderen en wij leggen ons hier bij neer.'
