Het kabinet maakt 105 miljoen euro vrij voor de scholing van docenten en schoolleiders. Daardoor krijgen zevenhonderd docenten in het hoger onderwijs de mogelijkheid een lerarenbeurs aan te vragen.
Dat
staat in de vandaag gepresenteerde miljoenennota voor 2013. In totaal wordt 20 miljoen euro vrijgemaakt voor het hoger onderwijs. Verreweg het grootste bedrag gaat echter naar het basisonderwijs: 44 miljoen euro. 26 miljoen euro gaat naar het middelbaar onderwijs de overige 15 miljoen euro wordt geïnvesteerd in het middelbaar beroepsonderwijs.
Het ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschap maakte verder bekend dat de prestatieafspraken nog voor 1 november zullen worden bekrachtigd. In de afspraken hebben hogescholen en universiteiten de prestaties voor vijf jaar vastgelegd. Met consequenties: zeven procent van de totale overheidsfinanciering gaat uiteindelijk afhangen van prestaties op het gebied van studiesucces, kwaliteit van het onderwijs en het niveau van de docenten. In 2013 is hier 280 miljoen euro voor beschikbaar en loopt in 2016 op naar 325 miljoen euro.
De HvA legt daar onder meer in vast dat het aantal studenten dat na het eerste studiejaar in vier jaar afstudeert over vijf jaar met 10 procent moet zijn gestegen tot 70 procent. Verder moeten speciale drie- in plaats van vierjarige opleidingen het hbo aantrekkelijker maken voor vwo’ers. Als klap op de vuurpijl moet ruim zeventig procent van de docenten binnen drie jaar beschikken over een master-diploma, een stijging van 8 procent.
De
lerarenbeurs is daarin erg belangrijk, die zorgt ervoor dat leraren naast hun baan kunnen blijven studeren en de kosten deels vergoed krijgen. Om een beurs te krijgen is een baan in het onderwijs verplicht.