Hoe pakken we samen - de Amsterdamse scholen, kennisinstellingen en de gemeente - het dreigende lerarentekort in Amsterdam aan? Om deze vraag draaide het congres 'De beste leraren van en voor Amsterdam' dat gisteren in het Kohnstammhuis van de HvA aan de Wibautstraat gehouden werd.
Het lerarentekort dreigt zowel in kwaliteit als in kwantiteit. De lerarenopleidingen van de kennisinstellingen hebben te kampen met een onevenwichtige verdeling over de vakgebieden, een grote uitstroom en een tekort aan stageplekken binnen de stad. Dit leidt bijvoorbeeld tot een tekort aan wiskundedocenten en een overschot aan geschiedenisdocenten. Ook staat er een groot aantal onbevoegde docenten voor de klas.
Voormalig HvA-rector en kersvers minister van Onderwijs Jet Bussemaker was de eerste spreker van de ochtend, het eerste publieke optreden van de minister in functie. Zij benadrukte in haar speech het belang van goede docenten voor de Nederlandse samenleving: 'De kwaliteit van het onderwijs hangt af van wie er voor de klas staat.' Voorts uitte ze haar blijdschap over het feit dat voor de docentenopleiding in het regeerakkoord meer geld beschikbaar komt. Ook stipte zij kort een andere maatregel ten behoeve van de docentenkwaliteit aan: een beroepsregister voordocenten met verplichte bijscholing.
De conferentie was opgezet naar aanleiding van commissies die door Lodewijk Asscher - nog in zijn functie als onderwijswethouder - waren aangesteld om de problemen die er bestaan bij het opleiden van docenten te onderzoeken. Na enkele toespraken stond een 'Onderwijscafé' op het programma, waarbij de bestuurders van de onderwijsinstellingen in Amsterdam vol energie maar immer beschaafd de problemen en oplossingen van en voor het voorgezet onderwijs in Amsterdam bediscussieerden. Opvallend was vooral dat er geen enkele docent uit het middelbaar- of basisonderwijs aanwezig was, terwijl de conferentie juist voor een groot deel over werving van docenten ging. Desgevraagd zei een van de organisatoren dat het veel te vol zou worden om zo'n groot aantal docenten een plaats aan tafel te bieden.
Imago
Uit het onderwijscafé volgde een aantal aanbevelingen. Een steeds terugkomend punt was het imago van het docentschap, dat volgens veel aanwezigen verbeterd moest worden. Dit zou vervolgens meer studenten overhalen om voor de docentenopleiding te kiezen. Ook werd aanbevolen het aantal stageplekken binnen de stad Amsterdam te verhogen en wellicht verplicht te stellen, omdat 'sommige scholen geen, andere meer dan veertig stagiaires' beschikbaar hadden.
Aan het eind van de ochtend werd door Carolien Gehrels namens de gemeente, Ruth Kervezee, bestuurslid van de OSVO, Paul Doop, lid van het College van Bestuur, en Herbert de Bruijne, directeur Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel, een intentieverklaring ondertekend. Strekking hiervan was dat de onderwijsinstellingen en de gemeente samenwerking zouden zoeken om genoemde problemen op te lossen. De 'Triple Helix', zoals VU-rector Lex Bouter het noemde en waarmee hij doelde op de kennisinstellingen, scholen en gemeente, gaat zijn best doen het lerarentekort terug te dringen.
Over één jaar zal er opnieuw een bijeenkomst georganiseerd worden om de resultaten te evalueren.