Eten we straks allemaal veganistisch om klimaatverandering tegen te gaan? Wie weet. Als we helemaal geen actie ondernemen, is de zeespiegel aan het eind van deze eeuw in ieder geval vier meter gestegen. Dat laatste zei Bert Metz, expert op het gebied klimaatbeleid, vanmiddag in Room for Discussion. Het wekelijkse interviewprogramma in het economiegebouw op het Roeterseiland draaide vanmiddag om de zin en onzin van de Klimaatconferentie, die eind van de maand van start gaat in Parijs.
Tussen 30 november en 11 december komen alle 196 landen bijeen die het Klimaatverdrag van de Verenigde Naties hebben ondertekend. Het doel is om een wettelijk bindende overeenkomst te sluiten over het klimaat, en dan met name over het terugdringen van de broeikasgassen. Wat kunnen we verwachten van de zogeheten COP21 (de 21ste Conference of Parties) en vooral: gaat die de toekomstige generatie redden voor de nare gevolgen van de klimaatverandering? Over die laatste vraag is Metz duidelijk: ‘Nee.’ Toch is hij optimistisch.
Met Bert Metz hebben de studenten een internationaal befaamd expert op het gebied van klimaatbeleid binnengehaald. Hij was co-voorzitter van het wetenschappelijk klimaatpanel van de Verenigde Naties (IPCCMetz was er ook bij toen de VN-werkgroep in 2007 de Nobelprijs voor de Vrede in ontvangst mocht nemen.), dat de wetenschappelijke basis legt voor de klimaatconferenties. Ook UvA-hoogleraar Jayeeta Gupta, die naast Metz op de karakteristieke Chesterfieldbank zat, is een grote naam in het vakgebied. Gupta is lid van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV), die de regering adviseert over het buitenlandse beleid, bijvoorbeeld over ontwikkelingssamenwerking. Als hoogleraar Environment and development in the global south doet ze onderzoek naar de geschiedenis van klimaatbeheer, en de implicaties daarvan voor de ontwikkelingslanden in het Zuiden.
De ontwikkelingslanden zullen in ieder geval niet tevreden zijn met de uitkomsten van Parijs, voorspelt Metz. Het oorspronkelijke doel was om de wereldwijde temperatuurstijging in 2100 tot 2 graden te beperken. Volgens de leiders van de kwetsbare ontwikkelingslanden is dat niet genoeg en zelfs dat is al niet gelukt. ‘Als alle afspraken in Parijs worden doorgevoerd, krijgen we te maken met een temperatuurstijging van tussen de 3 en de 3,5 graden. Dat gewoon te veel. De afspraken zijn simpelweg niet voldoende.’ Het eigenlijke doel in Parijs is volgens Metz dan ook vooral om een fundament te leggen voor toekomstige klimaatconferenties, zodat in de toekomst striktere maatregelen kunnen worden getroffen.
Drastische gevolgen
Waarom is het nodig om de temperatuurstijging te verlagen? ‘Het kan drastische gevolgen hebben,’ zegt Metz. ‘Hittegolven zorgen ervoor dat mensen hun omgeving moeten verlaten, er sterven diersoorten uit en de zeespiegel stijgt.’ Om de klimaatverandering tegen te gaan moeten we de uitstoot van broeikasgassen als CO2 zo veel mogelijk terugdringen. Bijvoorbeeld door van fosiele brandstoffen als kolen en olie en overstappen op duurzame energiebronnen als zon- en windenergie. Aan de techniek Om de klimaatverandering tegen te gaan moeten we de uitstoot van broeikasgassen als CO2 zo veel mogelijk terugdringen. Bijvoorbeeld door van fosiele brandstoffen als kolen en olie en overstappen op duurzame energiebronnen als zon- en windenergie. technietk ligt het niet, zegt Metz: ‘We beschikken absoluut over de technologie die nodig is om in een klimaatneutrale wereld te leven. De vraag is, hoe ver de politieke leiders willen gaan.’
Dat vindt ook Gupta, die hamert op het belang van wettelijk bindende afspraken. ‘Anders werkt het niet.' De klimaattop in Parijs moet het vervolg worden van het zogeheten Kyoto-protocol, de afspraken die in 1997 zijn gemaakt in het Japanse Kyoto. Die afspraken – die de landen overigens niet zijn nagekomen – verlopen in 2020. Vanaf dan moeten de regels gaan gelden, die straks in Parijs worden opgesteld. De bedoeling was dat de rijke landen een voortrekkersrol zouden nemen en de arme landen later zouden volgen. ‘Maar de Verenigde Staten zijn er in 25 jaar niet in geslaagd om wettelijke afspraken te maken. De arme landen zien dat en denken: als het een ontwikkeld land als de VS niet lukt, hoe moeten wij het dan ooit gaan doen?’ Volgens haar moet de EU, die wél in actie is gekomen, de andere landen zien te overtuigen hetzelfde te doen. ‘Maar dat is moeilijk in een wereld waarin iedereen wil dat de ánder iets doet aan het probleem.’
Kom in actie
Hoe kunnen wij zelf ons steentje bijdragen? Metz: ‘Per saldo moet het toch vanuit de mensen zelf komen. Internationale overeenkomsten zijn slechts het resultaat van wat individuele landen bereid zijn te doen.’ Gupta en Metz zijn het dan ook eens: wie écht iets wil doen om de klimaatverandering tegen te gaan, kan dan ook het beste actie nemen in Nederland. Bijvoorbeeld door in actie te komen tegen de kolencentrale hier in Amsterdam of brieven te schrijven aan de regering. Gupta: ‘We moeten laten zien dat we bestaan en dat onze mening meetelt.’ Sociale bewegingen in de afzonderlijke landen moeten de druk op hun regering verhogen, ‘zodat hun leiders in Parijs gemotiveerd zijn om het klimaat te veranderen.’
Eten we dan straks allemaal veganistisch? ‘Je kunt vlees wel schrappen bij je ontbijt en lunch, en het ook ’s avonds minder eten,’ vindt Gupta. Vleesconsumptie draagt inderdaad bij aan klimaatveranderingen door de broeikasgassen die vrijkomen door de bioindustrie, bevestigt Metz. ‘Maar je kunt het probleem niet oplossen door één aspect te veranderen,’ voegt Metz toe, ‘je moet op alle sectoren aanpakken.’
Optimistisch
Ondanks hun voorspelling dat er weinig concreets uit de conferentie zal komen, is zowel Gupta als Mets toch optimistisch over Parijs. Gupta: ‘Ik verwacht wel dat er iets uit komt. Als het niet wettelijk bindend is, dan op zijn minst politieke overeenkomst.’ Metz gelooft wel dat er wettelijk bindende afspraken zullen worden gemaakt, maar erg concreet zullen ze niet zijn. Landen zullen nauwelijks met consequenties hoeven te rekenen als ze de afspraken alsnog niet nakomen. Metz: ‘Het is niet het einde van het verhaal, ook ná Parijs kan nog heel veel gebeuren. Er is nog lang geen reden om te zeggen dat we zullen falen.’