Kirsty McHenry | Deze regering verkiest bommen boven boeken
Het is onbegrijpelijk dat deze regering wel wil investeren in defensie, maar niet in onderwijs, betoogt Kirsty McHenry. ‘Door duidelijk te maken waar zij waarde aan hecht, laat de regering zien wat voor toekomst zij zich voorstelt voor het land en degenen die het zullen erven.’
Het verzet tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs laat de woede zien die is ontstaan op universiteiten, hogescholen en studentenverenigingen in het hele land. De belangrijkste angst achter deze onvrede is dat de bezuinigingen een duidelijk signaal afgeven dat toegankelijk onderwijs en gedegen onderzoek niet langer prioriteiten zijn in Nederland. Nu deze ooit gerespecteerde waarden van de Nederlandse samenleving door de nieuwe begroting worden afgezwakt, is het essentieel dat we ook de vraag stellen waar de regering het geld van de belastingbetaler in wil investeren. Gezien het feit dat de overheidsuitgaven feitelijk zullen stijgen, is het verontrustend dat militarisering en veiligheid nu voorrang hebben gekregen in de begroting, terwijl het hoger onderwijs in de steek wordt gelaten.
Voor studenten zijn de voortdurende bezuinigingsmaatregelen en de bezuiniging van meer dan 1 miljard euro op de uitgaven voor hoger onderwijs emblematisch voor een staat die niet bereid is om te investeren in onze toekomst (of tenminste, het soort toekomst dat we graag zouden zien). Niet alle sectoren zijn echter even hard getroffen, sommige sectoren komen nu zelfs naar voren om hun winst op te eisen. Opvallend is de defensiesector, die alleen al in 2025 zal profiteren van een stijging van de overheidsuitgaven met meer dan 10 procent. Deze investeringen zullen de Nederlandse defensie-uitgaven doen stijgen tot bijna 2 procent van het BBP (het streefcijfer voor NAVO-leden). Ondertussen worden de wensen van degenen die de regering met haar verheven defensie-initiatieven zegt te beschermen verder naar de zijlijn gedrukt.
Een week nadat het belangrijkste protest in Utrecht tegen de bezuinigingen zou hebben plaatsgevonden, zal de aandacht van de regering ironisch genoeg weer op militarisering worden gevestigd voor de jaarlijkse wapenbeurs NEDS in Rotterdam. De prioritering van de defensie- en veiligheidssectoren terwijl publieke behoeften, zoals onderwijs, doelbewust worden gesaboteerd, lijkt indicatief voor hoe het beleid van deze regering traditioneel progressieve Nederlandse waarden deconstrueert. In plaats van het ondersteunen en faciliteren van onderwijs, blijft de regering zich inzetten voor het verhogen van het collegegeld en het invoeren van langstudeerboetes, die er ongetwijfeld voor zullen zorgen dat het hoger onderwijs nog minder toegankelijk wordt. Door duidelijk te maken waar zij waarde aan hecht, laat de regering zien wat voor toekomst zij zich voorstelt voor het land en degenen die het zullen erven.
Hoewel de sterke weerstand van universiteiten tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs bewonderenswaardig is, is het niet genoeg om alleen een heroverweging van het onderwijsbeleid te eisen. We moeten ook de confrontatie aangaan met waar de regering het geld van de belastingbetaler naartoe stuurt en hoe ze Nederland daarbij transformeert. Zonder verder verzet zal de regering doorgaan met haar plannen om miljarden in haar leger te stoppen en daarbij belangrijke publieke levensbehoeften, zoals hoger onderwijs, te ondermijnen. Met deze begroting laat de regering zien dat ze niet van plan is om de belangen van haar bevolking voorop te stellen als het gaat om langetermijninvesteringen. De toekomst van Nederland wordt echter niet alleen bepaald door regeringen of hun begrotingen, maar ook door de natie zelf. Want zolang we ervoor vechten, zijn de waarden van het volk bestand tegen elke regering.
