Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
'Amsterdam heeft zelfde potentieel als Florence'
wetenschap

'Amsterdam heeft zelfde potentieel als Florence'

Onno La Rivière Onno La Rivière,
8 September 2011 - 10:03
Betreft
Deel op
De verstarde verhouding in het debat over bezuinigingen in de kunst is het resultaat van een misvatting dat kunst alleen op haar intrinsieke waarde beoordeeld dient te worden. Dit betoogde universiteitshoogleraar Henk van Os op 7 september tijdens de vierde Amsterdamlezing van dit jaar.

‘De nadruk in de kunsten op de eigen normen heeft tot een legitimatiecrisis geleid. Als we er niet in slagen het nut van kunst uit te leggen, is het niet vreemd dat er zonder pardon in subsidies gesneden wordt.’, aldus Van Os. ‘De opvatting dat kunst niet utilitair mag zijn is historisch gezien vrij jong. Kunst heeft eeuwenlang een maatschappelijk, elitair doel gediend.’

Volgens de voormalig directeur van het Rijksmuseum heerst er in de kunstwereld het idee dat kunst slechts om de kunst zou mogen bestaan. ‘En wie het belang van die kunst niet inziet, heeft pech gehad.’ Er rust volgens Van Os dan ook een taboe op het benutten van het commercieel potentieel van kunst en cultuur: ‘Economieën van kunststeden als Venetië en Florence draaien voor meer dan tachtig procent op de toeristenindustrie. Amsterdam heeft een zelfde potentieel. Dat ziet iedereen, behalve Nederlanders zelf. We denken onterecht dat we weinig voorstellen. In plaats van te subsidiëren, zouden we moeten investeren in de dingen waar we als stad sterk in staan.’ De lezing van Van Os was de laatste in de reeks Amsterdamlezingen die hoogleraar grootstedelijke problematiek Paul Scheffer organiseerde. Donderdag 29 september geeft Scheffer een afscheidscollege.
lees meer
website loading