Alfastudies staan onder druk. De plannen om verschillende talenstudies samen te voegen en enkele talen bachelors helemaal op te heffen schoot bij sommige academici in het verkeerde keelgat. Spui25 organiseerde gisteren een debatavond waar beleidsmakers mochten vertellen waarom deze heftige maatregelen noodzakelijk zijn.
Moeilijke periode
Margot Dijkgraaf, de directeur van Spui25, opent de avond met de boodschap dat de geesteswetenschappen in een moeilijke periode zitten. Na Dijkgraaf komen Rens Bod en Maarten Asscher aan het woord. Zij dragen beiden een column voor waarin zij de decanen aanvallen op hun beslissingen. Asscher benadrukt de waarde van de taal en Bod de samenwerking tussen de geesteswetenschappen op verschillende universiteiten.
Daarna is het woord aan de decanen. Die zijn allemaal verontwaardigd over de manier waarop de media zijn omgegaan met het nieuws. Vooral naar Bod, die eerder een artikel in het NRC schreef, wordt fel uitgehaald: ‘U heeft misverstanden de wereld in geholpen.’ De enige talen die helemaal als bachelor verdwijnen zijn, volgens de decanen, het Roemeens in Amsterdam en het Portugees in Utrecht.
Nieuwe focus
Daarbij waren alle decanen het eens dat een brede bachelor geen slechtere bachelor hoeft te zijn. Europese studies is volgens Frank van Vree, Geesteswetenschappen-decaan aan de UvA, een duidelijk voorbeeld van een studie die heel goed werkt en waarbij studenten zelfs meerdere talen kunnen leren. De master lijkt de nieuwe focus te krijgen. Waar bachelor studenten vaak kiezen op basis van de ligging van een universiteit, daar worden masters voornamelijk gekozen op inhoud.
Het lijkt even alsof de decanen voornamelijk geïrriteerd zijn door de negatieve aandacht die de fusering van enkele studies en de verandering van andere studies heeft gekregen. Toch klinkt tegen het einde van de discussie ook de emotie en betrokkenheid door.
Wanneer studenten hem nogmaals vragen waarom de bachelor Roemeens moet verdwijnen herhaalt Van Vree bijna wanhopig wat hij eerder die avond heeft gezegd. ‘Als de bachelor in de afgelopen acht jaar maar één student heeft gehad, waarom zouden we de bachelor dan nog behouden? We willen zo veel mogelijk studies aanbieden, maar waar leg je de grens? Van staatssecretaris Zijlstra moeten we keuzes maken. Hoe kunnen we een bachelor met één student dan nog behouden?'
