'We begonnen met ethanol in 2007,' zegt Hellingwerf. 'Reden is dat destijds de olieprijs erg hoog was en er gezocht werd naar schone en duurzame alternatieven. Ook verplichtte de Nederlandse regering om biobrandstof bij te mengen in de auto. Dat is nu sterk teruggeschroefd. Tevens heeft Amerika zijn zinnen nu gezet op schaliegas van eigen bodem. Daarom is het accent tijdelijk verschoven van ethanol naar een grotere range producten, zoals melkzuur en andere grondstoffen voor de chemische en voedingsindustrie.'
Om dat kunstje te flikken – melkzuur maken - dienen de bacteriën genetisch te worden veranderd. De microbiologen zetten het eencellig organisme naar hun hand door een gen uit de melkzuurbacterie op de juiste plek in de blauwalg te zetten. Door andere genetische ingrepen is de synthese naar suikers verder afgeblokt, waardoor er rechtstreeks melkzuur wordt gemaakt en geen energie wordt verspild aan de opbouw van biomassa.
Melkzuur, dat normaliter uit suikerbieten wordt gewonnen, is een grondstof voor bioplastic, maar kan ook als conserveringsmiddel in de voedingsindustrie worden toegepast. 'We zijn bezig een groter repertoire blauwalgen te maken met elk hun specifiek product,' zegt Hellingwerf. Door andere genen in te bouwen zijn de bacteriën aan te jagen om ethyleen te maken, een andere grondstof voor plastic. Of de eencelligen kunnen butanol maken, een lucratieve mengbrandstof voor vliegtuigen. Je kunt ook denken aan productie van geur- en smaakstoffen, zoals acetoïne in boter. Verder zijn terpenen mogelijk, verbindingen die de basis zijn voor vele geneesmiddelen.