Brievenbusmaatschappijen leveren Nederland jaarlijks miljarden op. Daar staat tegenover dat bedrijven door constructies via brievenbusmaatschappijen jaarlijks over tientallen miljarden euro’s geen of weinig belasting betalen. Geen wonder dus dat de politiek al jaren spreekt over het nemen van maatregel tegen dergelijke ondernemingen. UvA-hoogleraar Barbara Baarsma, Marco Kerste en Jarst Weda hebben er een boek over geschreven.

Barbara Baarsma | Foto: Christiaan Krouwels
De onderzoekers van het aan de UvA gelieerde
SEO Economisch Onderzoek doen in
Brievenbusmaatschappijen. De impact van bijzondere financiële instellingen op de Nederlandse economie een boekje open over het hoe en waarom van dergelijke ondernemingen. De auteurs willen met het boek de maatschappelijke en beleidsdiscussie over brievenbusmaatschappijen voeden met reële analyses op basis van de meest actuele feiten en cijfers.
Het systeem van brievenbusmaatschappijen bestaat al sinds het einde van de negentiende eeuw. Sterker nog: het eerste Nederlandse onderzoek ernaar werd in 1896 aan de UvA verdedigd door promovendus Aat van Hall. Onder de titel
Trust promoveerde Van Hall op de juridische aspecten van de brievenbusmaatschappij avant la lettre. Het proefschrift ging vooral over de noodzaak tot juridische bepalingen voor brievenbusmaatschappijen.
Geld doorsluizen
Het boek van Baarsma c.s. gaat veel verder. Het is breder én publieksvriendelijker dan het proefschrift, en uiterst actueel. Zo beschrijft het boek hoe ontwikkelingslanden door constructies via brievenbusmaatschappijen in de afgelopen drie jaar honderden miljoenen euro's per jaar misliepen.
Bijzondere financiële instellingen (bfi’s), zoals brievenbusmaatschappijen officieel heten, worden vooral gebruikt om geld van het ene internationale bedrijfsonderdeel naar het andere door te sluizen. Nederland telt ruim twaalfduizend van deze maatschappijen, en die zijn vaak in het nieuws.

Bfi’s dragen volgens de auteurs naar schatting 2,2 tot 3,7 miljard euro per jaar bij aan de Nederlandse economie in de vorm van belastingen, loonkosten en diensten die ze inkopen bij zakelijke dienstverleners. Daarmee verschaffen zij direct en indirect werkgelegenheid aan ongeveer 7600 tot 14.700 mensen.
De auteurs geven – niet op morele of niet op fiscale, maar op economische gronden – antwoord op een aantal vragen die brievenbusmaatschappijen oproepen. Niet in de laatste zin: wat zijn brievenbusmaatschappijen eigenlijk? Maar ook: Hoeveel geld gaat erin om? Wat leveren die bfi’s de Nederlandse staat nu werkelijk op? Wat zijn de risico’s? Hoeveel belastinginkomsten lopen ontwikkelingslanden mis? Over welke geldstromen wordt nagenoeg geen belasting betaald?
Barbara Haarsma, Marco Kerste en Jarst Weda, Brievenbusmaatschappijen. De impact van bijzondere financiële instellingen op de Nederlandse economie
. ISBN 9789047007173.