Een kleine veertig medewerkers en conservatoren van de divisie UvA Erfgoed hebben vlak voor Kerstmis een brief aan het college van bestuur (CvB) gestuurd waarin ze hun verontrusting uitspreken over het
Beleidsplan Bibliotheken UvA-HvA 2015-2018, dat directeur Maria Heijne onlangs naar buiten bracht.
De divisie UvA Erfgoed bestaat uit het Allard Pierson Museum (APM) en de Bijzondere Collecties (BC). Het zijn beide erkende musea met tentoonstellingsprogramma’s, publieksactiviteiten, onderzoeksprojecten, een ErfgoedLab, museumwinkels, gedifferentieerd relatiebeheer, een pr-afdeling, erfgoed op locatie en bruikleenverkeer voor exposities. Ook onderhouden beide instellingen contacten en samenwerkingsverbanden met personen en instellingen buiten de UvA.
Een eigen beleidsplan
Omdat APM en BC in dat opzicht aanzienlijk afwijken van wat de bibliotheken van UvA en HvA doen en zijn, zou er een apart toekomstplan moeten komen voor APM en BC. In de woorden van de briefschrijvers: ‘Binnen het gepresenteerde beleidsplan is te weinig ruimte om de eigen UvA-Erfgoedcollectie te kunnen blijven verzilveren. Idealiter is daarvoor een afzonderlijk beleidsplan nodig. Wij pleiten voor een eigen
Beleidsplan UvA Erfgoed, dat uitgaat van de specifieke opdracht die UvA Erfgoed van het college van bestuur meegekregen heeft.’ Het door Heijne geproduceerde beleidsplan zou volgens hen vooral gericht zijn ‘op het bedienen van een afgebakende groep bibliotheekgebruikers’ en daardoor ‘voor UvA Erfgoed tekortschieten’.
Vier aanpassingen
Het nieuwe Beleidsplan UvA Erfgoed zou volgens de briefschrijvers ‘in minstens vier opzichten’ aanzienlijk moeten verschillen van het huidige Beleidsplan Bibliotheken UvA/HvA 2015–2018. Zo zou de term ‘de gebruiker’ veel breder moeten worden gedefinieerd dan alleen de leden van de UvA-HvA-gemeenschap. Op tentoonstellingen komen immers ook buitenstaanders af. Ook zou een apart beleidsplan veel beter in kunnen zoomen op de grote en gunstige publiciteit die APM en BC genereren met hun activiteiten, waar het imago van de UvA mee gediend zou zijn. ‘Alleen al in 2014 werd voor zo’n 3,5 miljoen euro aan gekapitaliseerde media-aandacht binnengehaald. Dat is goed voor de algemene bekendheid van de UvA en helpt bovendien bij fondsenwerving en valorisatie.’
Ten derde zou een apart beleidsplan recht doen aan een langetermijnvisie op erfgoed. ‘Is een collectie niet onmiddellijk toepasbaar, dan gunt het huidige beleidsplan die collectie geen plaats binnen UvA Erfgoed. Hadden onze voorgangers even ahistorisch gedacht, dan was de UvA nu aardig wat inmiddels veelgebruikte collecties armer geweest,’ menen de briefschrijvers.
Last but not least zou een apart beleidsplan ook een boost kunnen geven aan de fondsenwerving, nodig voor de instandhouding van de collecties.
Maria Heijne heeft inmiddels laten weten dat ze de betrokkenheid van haar medewerkers waardeert en binnen het managementteam zal bespreken. Ze zal de medewerkersbrief - in bezit van
Folia - meenemen in een later overleg met het CvB.