Heb je je party hat en felgekleurde roltong al uit de kast gehaald? Hoewel Amsterdamse sportliefhebbers deze week weinig te vieren hebben, is het namelijk wel feest aan de UvA. En wat voor een feest: een feest van de democratie.
Deze week zijn al de gladde jongens en meisjes van de studentenraadspartijen weer op hun allerbekoorlijkst als ze je die honderdduizendste flyer in handen drukken of dat Aldi-sinaasappelsapje met hun beste nepglimlach uitdelen. Maar liefst vier partijen bestrijden elkaar deze week met posters, flyers en andere troep voor die schamele zeven directgekozen zeteltjes in de Centrale Studentenraad.
Waar de UvA parties like it’s 1999, is het aan de HvA alsof de Koude Oorlog opnieuw is uitgebroken. De Centrale Medezeggenschapsraad is daar in twee kampen uiteen aan het vallen. De verwijten die over en weer vliegen zijn niet voor de poes: ‘racistische opmerkingen’, ‘nauwelijks aanwezig’ en ‘kinderachtige politieke spelletjes’. Gelukkig was voorzitter Menno Oldenhof er als de kippen bij om alle negatieve berichtgeving met een Huibiaanse uitspraak de kop in te drukken. Met de oneliner ‘Een tweedeling? Het is maar net aan wie je het vraagt,’ geeft Oldenhof er blijk van dit jaar veel te hebben opgestoken van de HvA-rector. We hebben er dan ook alle vertrouwen in dat hij deze maand de als ‘bezinningsruimtes’ vermomde Gordiaanse knoop moeiteloos kan ontwarren.
Als je het onderzoek van promovendinetwerk UvAPro mag geloven zou je denken dat de UvA ook wel wat meer stilteruimtes mag aanleggen. Uit een enquête naar de geestelijke gezondheid van bijna vijfhonderd promovendi bleek namelijk dat meer dan één op de drie UvA-promovendi in de risicogroep voor depressiviteit valt. Onder economen en bedrijfskundigen is dat cijfer zelfs hoger dan veertig procent. Wij snappen dat wel; terwijl andere UvA’ers zich naast promoveren nog zorgen maken over rendementsdenken, fusies met de VU of bezuinigingen op hun faculteit is er aan de FEB niets om de zinnen van het proefschrift te verzetten. Wil je dus een economiepromovendus helpen, bezet eens zijn gebouw. Hij zal je ongelooflijk dankbaar zijn.